Wij leven in een tijdperk van “grote veranderingen”, met zaken (b.v. de beroemde scenario planning van de Koninklijke Nederlandse Shell) en het verzamelen door regeringen van informatie over vrijwel elk mogelijk ding, dat zij kunnen opnemen, en met een rekencapaciteit, die beschikbaar is om deze gegevens om te zetten in geavanceerde modellen, die bedoeld zijn om toekomstige uitkomsten te voorspellen. De Verenigde Naties zijn ook zeer belangrijke medespelers op dit gebied: hun internationale conferenties en verslagen proberen een diagnose te stellen en stellen oplossingen voor heel veel problemen voor, en die hangen af van het verzamelen van gegevens op wereldschaal, en de daaropvolgende omzetting van deze gegevens in zinvolle statistieken.
Dit “vermogen om te voorspellen”, om zich toekomstige mogelijkheden voor te stellen en de waarschijnlijkheid ervan in te schatten, is altijd een opvallende karaktertrek van ons soort geweest, en een die wij voortdurend proberen te vergroten. Voor heel dit vermogen is de mensheid nog steeds afhankelijk van gebeurtenissen, die voorspellingen tarten. Dat komt door de eenvoudige reden dat “de kaart niet het territorium is” – geen enkel model kan ooit alle variabelen in een werkelijk ingewikkeld systeem vastleggen; en ook al zou het dat kunnen, dan toont de wiskunde van chaos en complexiteit en de fysica van de kwantum-onzekerheid, dat het met volledige zekerheid voorspellen van de toekomstige toestand van zulk een systeem inherent onmogelijk is. Dat houdt in, dat bescheidenheid geboden is.
Verder, terwijl deze complexe processen van voorspellen op de krachten van het concrete denken steunen, zijn ze niet in staat tot het gebied van het hogere denken en de intuïtie door te dringen, waar de hogere parallel van voorspellen, profetie, verblijft. “Profetie” is een nogal ouderwets woord, gekoppeld als het in de meeste gedachten is aan de profeten van bestaande godsdienstige teksten. Wellicht dienen we ons een andere voorstelling van het woord maken, want profetie is de kracht om in contact te komen met een hogere visie, om te resoneren met het vermogen tot een hogere uitdrukking van de ziel van een volk, of van zelfs de gehele mensheid. Op die manier heeft het een enorme sympathie voor de toestand van de mens nodig, een vermogen om de complexe dynamiek van een maatschappij waar te nemen door het oog van het hart, en deze waarneming te verheffen tot het gebied waar goddelijke ideeën voortdurend proberen zich in manifestatie uit te werken.
Terwijl een voorspeller dus geheel in beslag genomen wordt door zijn poging te analyseren hoe reeds bestaande modellen van krachten zich in de loop van de tijd zullen ontwikkelen, is daarentegen een profeet betrokken bij het aanvoelen welke nieuwe energieën het menselijk bewustzijn kunnen binnendringen en verandering kunnen veroorzaken. Bovendien is een voorspeller in het algemeen geïnteresseerd in een tastbare uitkomst – een datum, een getal, een vooraf bepaalde mate van succes, zoals economische voorspoed of politieke stabiliteit. In tegenstelling daarmee wordt een profeet gewoonlijk gezien als sterk betrokken bij het tonen van de weg – “Bereidt de weg des Heren, maakt recht zijn paden” (Marcus 1:3 over Johannes de Doper) – wat een visie kenmerkt en deze voortdurend aan een volk voorhoudt als een ideale stand van zaken om naar te streven – vandaar dat profetie altijd een morele, zelfs spirituele dimensie heeft, in de ruime zin van een vooruitgang van de menselijke geest en zijn bewustzijn. Wij zouden kunnen zeggen, dat de voorspeller juist probeert te zijn, terwijl de profeet probeert rechtschapenheid tot stand te brengen.
Evenals er verschillende graden van deskundigheid in het voorspellen zijn, zijn er ook profetieën van minder of meer omvang. Sommige profeten kunnen ruimere uitzichten van goddelijke mogelijkheden zien dan anderen. En evenals voorspellen is profeteren afhankelijk van omstandigheden waar zij geen controle op hebben. Zoals reeds gemeld, wordt de voorspeller geconfronteerd met inherente wiskundige en materiële beperkingen, een feit, waarmee weervoorspellers in de loop van de tijd geleerd hebben rekening te houden. En als de voorspeller probeert veranderingen in maatschappelijke trends te voorspellen, dan komt de hele onvoorspelbaarheid van de menselijke massa psychologie erbij kijken. Voor de profeet is niet alleen de menselijke psychologie in het algemeen aan de orde, maar ook twee van de meer fundamentele eigenschappen daarvan: de neiging aan gebruikelijke gedragspatronen vast te houden, welke de profeet in zekere zin probeert te ontwrichten; en het daarmee verband houdende aspect van de vrije wil van de mens. Een profeet kan uiteindelijk alleen de weg wijzen, het doet er niet toe hoe overredend. Het is aan de mensheid zelf op de aangeboden visie te reageren en de nodige veranderingen aan te brengen.
In de geschriften van Alice Bailey wordt een belangrijke rol toegekend aan al diegenen, wier begrip van de menselijke conditie, en liefhebbende reactie op hun gezwoeg, de grenzen van ras, klasse, geloofsovertuiging of nationaliteit overschrijdt. Deze “werelddienaren”, in hun vele verschillende groeperingen (want een van hun kenmerkende eigenschappen is hun bereidheid om in groepsformatie te werken) houden, in hun geheel, de profetische visie van een toekomstige wereld voor de ogen van de mensheid, een wereld waarin goede wil en juiste verhoudingen het doel zijn van alle wisselwerkingen tussen personen, groepen en naties. De werelddienaren wijzen inderdaad niet alleen de weg er naar toe maar zijn in hun eigen onderlinge verbanden een uitstekend voorbeeld in miniatuur van waar de maatschappij op een dag kan zijn. Individueel zien zij zichzelf waarschijnlijk niet als profeten. Het is veeleer in de onderlinge samenhang van de vele individuele visies, dat een ruimer beeld opkomt, van een wereld waar mensenrechten over de hele wereld gerespecteerd worden, ecosystemen worden verduurzaamd en gewaardeerd, creativiteit wordt gekoesterd door levenslange opvoeding en culturele betrokkenheid, werknemers in staat worden gesteld banen te vinden of zelf te maken die bij hen passen en werkelijk waarde hebben, alle burgers aangemoedigd worden productief aan het politieke leven deel te nemen; zowel oude wijsheid als moderne kennis dragen bij aan de verrijking van de beschaving en de heilige aard van het bestaan wordt steeds meer gevierd door rituelen, waar mensen van alle geloofsovertuigingen aan deelnemen. Zulk een profetische visie naleven zal alle energie en overtuigingen in beslag nemen die de mensheid bijeen kan brengen – kan er dan een nog hogere roeping zijn?