135-139

[135]

DE PLANETEN

1. Wanneer wij deze verschillende sterrenbeelden hebben bestudeerd, zal het duidelijk voor u geworden zijn dat de voornaamste functie van de planeten is om de uit de dierenriem stromende energieën te verdelen wanneer zij op één punt in ons zonnestelsel samenkomen en door onze planeet worden aangetrokken. De studerenden moeten veel beter begrijpen dan zij nu doen dat de basis van de astrologische wetenschap de uitstroming, overdracht en opneming van energieën is, alsook hun omvorming in krachten door de eenheid die ze ontvangt. De energieën van de verschillende tekens worden aangetrokken door de verschillende planeten overeenkomstig hun ontwikkelingsstadium en door, wat esoterisch wordt genoemd, 'vroegere verhoudingen' tussen de bezielende wezens van de planeten en die van de sterrenbeelden. Deze verhouding bestaat tussen wezens en is gegrondvest op een Wet van Verwantschap. Deze Wet van Verwantschap brengt de magnetische aantrekkingskracht en de dynamische reactie teweeg tussen sterrenbeelden en planeten binnen ons zonnestelsel en tussen de één of andere planeet en levensvormen op een andere planeet en de 'voor de deur staande energieën', zoals zij worden genoemd, die uit de één of andere grote bron worden opgevangen. Het vermogen om in zich op te nemen en voordeel te trekken van de planetaire energieën (zelf opgevangen en afkomstig van het één of ander sterrenbeeld) hangt af van het punt in evolutie dat het opnemingsvermogen en de ontvankelijkheid van het mechanisme van ontvangst bepaalt. Dit vormt een onveranderlijke wet en verklaart de macht van bepaalde planeten die mogelijk tot nog toe niet ontdekt zijn geworden en die daarom weinig te maken hebben gehad met de evolutie tot op heden ten gevolge van de onontvankelijkheid van de vormen van opneming. De Planeten, de energieën en krachten hebben te allen tijde bestaan, doch zij zijn zonder uitwerking gebleven en dientengevolge niet ontdekt, hetgeen toe te schrijven is aan het niet‑bestaan van de daarvoor vereiste instrumenten van reactie. Zij zullen daarom geen uitwerking hebben op het leven en de geschiedenis van een individueel mens en pas krachtig en 'magnetisch bezielend' worden wanneer een mens een bepaald punt van ont­wikkeling heeft bereikt, gevoelig wordt voor hogere invloeden en zich voorbereidt het Pad te betreden.

Esoterische Astrologie. blz. 198, 199.

2. Hoe is het mogelijk dat een kleine niet‑heilige planeet van zulk een belang geacht moet worden dat deze grote Levens zich zouden moeten bezighouden met de ontplooiing van het denkvermogen in de mensheid? Het antwoord is: dat doen zij niet. Het is de mensheid die zich — onder de drang van grote instromende en uitstromende energieën — met het probleem van mentale ontwikkeling bezighoudt, per slot van rekening is het probleem van reageren op en verklaren van de omringende kontakten een probleem dat op elke planeet kan worden aangetroffen en in het bijzonder op de niet‑heilige planeten.

Esoterische Astrologie. blz. 361.

Top | Inhoud

[136]

PRANA

1. Zonne-prana — Dit is dat vitale en magnetische fluïdum dat van de zon uitstraalt en dat overgebracht wordt naar het etherisch lichaam van de mens door de bemiddeling van zekere deva‑entiteiten van een zeer hoge orde en van een gouden kleur. Het wordt door hun lichamen overgebracht en afgegeven als krachtige stralingen, die direct gebruikt worden door zekere plexi in het bovenste deel van het etherisch lichaam... Deze goudgekleurde pranische entiteiten be­vinden zich in de lucht boven ons en zijn bijzonder actief in zulke delen van de wereld als Californië, in die tropische landen waar de lucht zuiver en droog is, en van de stralen van de zon wordt erkend dat ze bijzonder weldadig zijn. De betrekkingen tussen de mens en deze groep van deva's zijn zeer nauw, maar tot nu toe vol van groot gevaar voor de mens. Deze deva's zijn van een zeer machtige orde, en volgens hun eigen lijn, zijn ze verder ontwikkeld dan de mens zelf. Onbeschermd is de mens aan hun genade overgeleverd en uit dit gebrek aan bescherming, en het falen van de mens de wetten van magnetische weerstand te begrijpen, of van zonne‑afstoting, komt bijvoorbeeld, de bedreiging van zonnesteek voort.

Een Verhandeling over Kosmisch Vuur. blz. 70, 71.

2. In de eerste plaats zijn de functies van het etherisch lichaam drie in getal:

1) Het is de ontvanger van prana.

2) Het is de opnemer van prana.

3) Het is de doorgever van prana.

Een Verhandeling over Kosmisch Vuur. blz. 76.

3. De pranische uitstralingen van de zon worden opgenomen door het etherisch lichaam, via zekere centra welke hoofdzakelijk gevonden worden in het bovengedeelte van het lichaam, van waaruit ze benedenwaarts gericht worden naar het centrum dat de etherische milt genoemd wordt... Het belangrijkste centrum voor de ontvangst van prana is op het ogenblik een middelpunt tussen de schouderbladen.

Een Verhandeling over Kosmisch Vuur. blz. 81.

4. Hoe meer verfijnd en verbijzonderd de vorm is, des te betere ontvanger van prana zal ze zijn, en des te geringer zal de weerstand zijn die ondervonden wordt bij het opstijgen van kundalini op de vastgestelde tijd.

Een Verhandeling over Kosmisch Vuur. blz. 81.

5. Het ras lijdt aan zekere ongeschiktheden, die als volgt kunnen worden beschreven:

Ten eerste. Onvermogen om pranische stromen af te tappen, ten gevolge van de door zo velen geleide ongezonde levens. ...Het geneesmiddel is duidelijk — het tot stand brengen van betere levensvoorwaarden, het gebruik van meer passende kleding, en het aannemen van een vrijere en gezondere leefwijze. Wanneer de pranische stralen vrije toegang kunnen vinden tot de schouders en tot het middenrif, zal de subnormale toestand van de gemiddelde milt zichzelf automatisch aanpassen.

Ten tweede. Een te groot vermogen om pranische stromen af te tappen. ...Het etherisch lichaam ontvangt prana of de zonnestralen te snel, laat het met te veel kracht door en uit het stelsel gaan en dit maakt van het slachtoffer een prooi voor traagheid en krachtberoving.

Een Verhandeling over Kosmisch Vuur. blz. 84.

6. De genezer of de geneesgroep moet zich er rekenschap van geven dat het niet alleen mentale energie is waarmede men werkt. Hij, voor zichzelf,

a. Schept een gedachte van genezing‑brengend vermogen.

b. Dat geschapen brandpunt van geconcentreerde aandacht wordt de richtinggevende factor voor de geneeskracht of het prana.

c. Dit prana is noch mentaal noch astraal van aard. Het bestaat uit zuiver‑planetaire bestanddelen van levende essence, en het is die materie waarvan het levenslichaam van de planeet gevormd is.

d. De genezer of de geneesgroep eigent zich zoveel van die materie toe als mogelijk is, en door het vermogen van hun vereende gedachten wordt deze door hen op en door het betreffende centrum gericht. Geneeswerk circuleert, dit moet niet vergeten worden. Het is niet toegestaan dat de pranische energie (denkend‑gericht) zich opeenhoopt in het centrum waar die energie naartoe wordt gezonden. Deze energie moet door het centrum heengaan, in de allereerste plaats door het orgaan waar het om gaat of door het gebied waar de moeilijkheid aangetroffen zal worden, en vervolgens wordt zij uitgezonden naar het lichaam als geheel. Men zou het kunnen beschouwen als een systeem van doorspoelen met een zuiverend en stimulerend effect.

Esoterische Genezing blz. 212.

7. Prana zou kunnen worden gedefinieerd als de levens‑essentie van ieder niveau in het zevenvoudige gebied, dat wij het kosmisch stoffelijk gebied noemen. Het is het LEVEN van de planetaire Logos, dat binnen grenzen teruggebracht is en dat al de zeven niveaus (in werkelijkheid de zeven ondergebieden van het kosmisch stoffelijk gebied) en alles, wat erin en erop wordt gevonden, aandrijft, van levenskracht voorziet en met elkander in verband brengt. ...Het feit, dat wij alleen dat tastbaar noemen, wat wij kunnen zien of betasten en aanraken door middel van de vijf zintuigen, is geheel en al fout. Alles wat op het stoffelijk gebied, het astraal gebied en de niveaus van het lager denkvermogen wordt gevonden, wordt beschouwd als te behoren tot de wereld van vorm.

Telepathie en het Etherisch Lichaam. blz. 154, 155.

Top | Inhoud

[137]

HET PROEFPAD

1. Het Proefpad gaat vooraf aan het Pad van Inwijding of Heiligheid en duidt die periode in het leven van een mens aan, waarin hij zichzelf definitief aan de zijde van de krachten van evolutie schaart en werkt aan de opbouw van zijn eigen karakter. Hij neemt zichzelf ter hand, kweekt die hoedanigheden aan, die aan zijn aard ontbreken en tracht met ijver zijn persoonlijkheid onder beheersing te brengen. Hij is doelbewust bezig het oorzakelijk lichaam te bouwen, terwijl hij daarbij elke leemte, die mocht bestaan, aanvult en tracht het geschikter te maken tot het ontvangen van het Christus‑beginsel.

Mensen‑ en Zonne‑Inwijding. blz. 67.

2. Het onsterfelijk lot van elk onzer is het bewustzijn van het hoger zelf en vervolgens dat van de Goddelijke Geest te bereiken... Terwijl de mens zich op het Proefpad bevindt, wordt hem hoofdzakelijk geleerd, zichzelf te leren kennen, achter zijn zwakheden te komen en ze te verbeteren.

Mensen‑ en Zonne‑lnwijding. blz. 68.

3. Iedere keer dat een mensenzoon op het Proefpad staat wordt Hun werk (van de Meesters) vergemakkelijkt, want het betekent dat een kleine stroom van levensenergie in nieuwe banen geleid wordt en weg is uit de oude stroom die de neiging heeft de kwade vorm te bezielen en te voeden. Een bewuste aanvaller kan meer getraind worden om samen te werken in het werk van vernietiging. Iedere keer dat een ingewijde tot de Loge‑graden wordt toegelaten betekent het dat een nieuwe en krachtige tussenpersoon beschikbaar is voor het neer brengen van kracht uit hogere niveaus om in het werk van ontbinding te helpen.

Een Verhandeling over Kosmisch Vuur. blz. 736, 737.

4. Een groot deel van zijn training wordt de proefleerling gegeven zonder dat hij dat bewust is. Naarmate hij er met oprechtheid naar streeft zich voor dienst te trainen, wordt hij op verkeerde neigingen attent gemaakt, en het analyseren van zijn beweegredenen is, indien hij dat op waarachtige wijze doet, van wonderbaarlijke hulp om de toekomstige discipel uit de astrale of emotie‑wereld in die van het denkvermogen te heffen. In de mentale wereld is het, dat men het eerst met de Meesters in aanraking komt en daar moeten Zij gezocht worden.

...Al die tijd blijft de aspirant onkundig van wat er geschiedt en is zich niet bewust van zijn subjectieve kontakten. Hij ziet evenwel dat er in hem drie dingen plaats grijpen:

Grotere mentale werkzaamheid. Dit zal hem in het begin veel last veroorzaken en hij zal zich voelen alsof hij zijn denkvermogen slechter in plaats van beter beheersen kan, maar dit is slechts tijdelijk en geleidelijk zal hij het de baas worden.

Grotere gevoeligheid voor denkbeelden en een groter vermogen om de plannen van de Hiërarchie waar te nemen. In het begin zal dit hem tot op zekere hoogte fanatiek doen zijn. Hij zal telkens door nieuwe idealen, nieuwe 'ismen', nieuwe levenswijzen, nieuwe dromen voor rasverbeteringen uit zijn evenwicht geworpen worden. Hij zal de ene cultus na de andere aanhangen, naarmate deze het komende duizendjarige rijk mogelijk schijnen te maken. Maar na een tijd herwint hij zijn evenwicht en dan is er een doel, dat zijn leven gaat beheersen. Hij bemoeit zich met zijn eigen zaken en draagt naar zijn beste vermogen het zijne bij tot de werkzaamheid van het geheel.

Toegenomen psychische gevoeligheid. Dit wijst op groei en is tevens een proef. De mogelijkheid bestaat dat hij zich door de bekoring van psychische krachten laat beetnemen. Hij zal in de verzoeking komen zijn streven af te wenden van de gespecialiseerde dienst aan het ras en te richten op het exploiteren van zijn psychische vermogens en deze ter zelfbevestiging aan te wenden. De aspirant moet in alle delen van zijn aard groeien, maar voordat hij bewust en als ziel, als de psyche, werkzaam kan zijn en daarbij gebruik kan maken van het medewerkend verstand, moeten de lagere krachten in rust zijn.

Een Verhandeling over Witte Magie. blz. 122‑124.

5. Het pad is dus een pad waarop men een gestadige uitbreiding van bewustzijn ondergaat, terwijl men hoe langer hoe gevoeliger wordt voor de hogere trillingen. Dit werkt zich het allereerst uit als gevoeligheid voor de innerlijke stem en dit is één van de vermogens, die een discipel het meest nodig heeft. De Verhevenen zoeken naar die mensen, die snel de innerlijke stem van hun ziel kunnen gehoorzamen. De tijden zijn kritiek en bij alle aspiranten wordt er op aangedrongen om zich ook gevoelig te maken voor de stem van hun Meester. Zijn tijd is ten volle bezet en discipelen moeten zich oefenen om gevoelig te zijn voor indrukken. Een bedekte wenk, een vingerwijzing, een haastige suggestie kan alles zijn, waarvoor hij tijd heeft en iedere discipel moet opletten. De druk op de Meesters is groot nu Zij dichter bij het stoffelijk gebied naderen. Er zijn zich meer zielen van Hen bewust, dan toen Zij enkel op mentaal gebied werkten en Zij vinden, nu Zij op dichtere gebieden werken, de omstandigheden ook moeilijker. De deva's en discipelen, de aspiranten en zij die op het proefpad zijn, worden thans om Hen heen verzameld en worden tot groepen georganiseerd, die een bepaald werk toegewezen krijgen.

Een Verhandeling over Witte Magie. blz. 253.

6. Van tijd tot tijd zal hij op dat Pad in opstand komen tegen overheersing en terugvallen in de begoocheling van zijn vermeende vrijheid. Er bestaat vrijheid van de overheersing van de persoonlijkheid. Er bestaat vrijheid van de overheersing van persoonlijkheden. Doch er is nooit enige vrijheid mogelijk van de Wet van Dienstbetoon en van de voortdurende wisselwerking tussen mens en mens en tussen ziel en ziel. Waarlijk vrij zijn is staan in het heldere onbelemmerde licht van de ziel, hetgeen inwezenlijk en innerlijk groepsbewustzijn is.

Daarom, wanneer één uwer door onzekerheid en onrust overvallen wordt, begeert en eist vrij te mogen gaan en dat er geen dwang op u wordt uitgeoefend, zie er dan op toe, dat u zich niet onderwerpt aan de begoocheling van een verlangen bevrijd te worden van de invloeden van uw groep en wees er zeker van dat u niet — als een overgevoelige ziel — een manier zoekt om te ontkomen.

Begoocheling, een Wereldprobleem. blz. 51, 52.

Top | Inhoud

[138]

VOORSPELLINGEN

1. Betreffende Inwijding... Voordat er vele eeuwen verlopen zullen zijn, zullen de oude mysteriën zijn hersteld, en een innerlijk lichaam zal dan in de Kerk bestaan — de Kerk van het tijdvak, waarvan de kern zich nu reeds begint te vormen — waarin de eerste Inwijding exoterisch zal worden, slechts in deze betekenis, dat binnen niet al te lange tijd het ontvangen van de eerste inwijding de heiligste ceremonie van de Kerk zal zijn, exoterisch uitgevoerd als één van de mysteriën die op bepaalde tijdstippen worden voltrokken en bijgewoond door hen die het betreft.

Mensen‑ en Zonne‑lnwijding. blz. 21.

2. Er moge hier opgemerkt worden, dat men binnenkort drie grote ontdekkingen zal doen, die gedurende de twee volgende generaties een omwenteling zullen teweeg brengen in het moderne denken en leven. (1934).

Eén ervan wordt reeds aangevoeld en is het onderwerp van proefneming en onderzoek, nl. het vrijmaken van de energie van het atoom. Hierdoor zal de economische en politieke toestand in de wereld totaal veranderd worden, want de laatste is geheel van de eerste afhankelijk. Onze mechanische beschaving zal vereenvoudigd worden en er zal een tijdperk worden ingeluid, dat vrij zal zijn van de nachtmerrie van het geld (het bezit en niet‑bezit ervan) en de menselijke samenleving zal algemeen haar status erkennen als een overbruggings‑rijk tussen de drie lagere natuurrijken en het vijfde of geestelijke rijk. Er zal tijd en vrijheid zijn voor een ziele‑cultuur, die onze moderne opvoedingsmethoden zal vervangen, en de betekenis van ziele‑krachten en het ontwikkelen van het bovenmenselijk bewustzijn zal de aandacht van opvoeders en studenten overal ter wereld geheel in beslag nemen.

Een tweede ontdekking zal voortkomen uit de huidige onderzoekingen van licht en kleur. Men zal de uitwerking van kleur op mensen en dieren en planten bestuderen en het resultaat van deze studies zal zijn, dat het etherisch gezichtsvermogen ontwikkeld zal worden, of wel het vermogen om met het strikt‑lichamelijke oog de volgende graad van stof waar te nemen. In toenemende mate zullen mensen spreken en denken in termen van licht...

De derde ontwikkeling, die vermoedelijk het laatst zal plaats vinden, zal meer geschieden op het gebied van hetgeen de occultisten 'magie' noemen. Die zal voortkomen uit het bestuderen van de klank en de uitwerking van de klank en een geweldig werktuig in 's mensen handen leggen op het gebied van schepping. De geleerde van de toekomst zal door het aanwenden van de klank zijn resultaten verkrijgen; door de klank zal een nieuw terrein van ontdekking geopend worden; men zal het geluid, dat iedere vorm in alle natuurrijken maakt, bestuderen en kennen, en door middel hiervan zullen er veranderingen tot stand gebracht en nieuwe vormen ontwikkeld worden. Eén wenk mag ik hier slechts geven en die is, dat het vrijmaken van kracht in het atoom verband houdt met deze aanstaande wetenschap van de klank.

Een Verhandeling over Witte Magie. blz. 239, 240.

3. Waar het de geestelijke zijde betreft... zal het gehele godsdienstige terrein opnieuw bezield en opnieuw gericht worden van Rome uit omdat de Meester Jezus de Christelijke Kerk weer tot Zich zal trekken met de bedoeling deze te vergeestelijken en te reorganiseren. Vanaf de Pauselijke Stoel te Rome zal de Meester Jezus pogen die grote tak van godsdienstige geloven der wereld weer tot een positie van geestelijke macht op te voeren met uitbanning van het autoritair en politiek vermogen ervan.

De Bestemming der Volkeren, eerste druk. blz. 62.

4. Kleur kan zowel vernietigen als genezen; klank kan zowel uiteenscheuren als samenhang tot stand brengen; in deze twee gedachten ligt de eerstvolgende stap voorwaarts voor de wetenschap van de onmiddellijke toekomst. De wetten van trilling moeten uitgebreid bestudeerd en begrepen worden en het gebruik van deze kennis van trilling zal op het stoffelijk gebied vele belangwekkende ontwikkelingen ten gevolge hebben. Zij zullen gedeeltelijk een uitvloeisel zijn van de studie van de oorlog en zijn gevolgen, zowel psychologisch als op een andere wijze. Meer werd er door de klank van de grote kanonnen, bijvoorbeeld, bewerkstelligd, dan door de slag van de projectielen op het stoffelijk gebied. Deze uitwerkingen zijn tot nog toe praktisch onbekend, en zijn grotendeels etherisch en astraal.

Muziek zal voor een groot deel worden gebruikt bij opbouw; binnen honderd jaren zal zij een factor zijn in bepaald werk van opbouwende aard. Dit klinkt voor u ten enen male onmogelijk, doch men zal eenvoudig gebruik maken van geordende klank ten einde bepaalde doeleinden te bereiken.

Brieven over Occulte Meditatie. blz. 217, 218.

5. Doch de tijd nadert snel waarin er een vollediger uitdrukking van de doelstelling, het type of de hoedanigheid van de straal zal komen en derhalve een zuiverder verschijning.

Dit zal plaatsgrijpen door de naderende verschijning of openbaring van zekere grote Levens, Die de energie van de tweede, derde, vijfde en zevende straal zullen belichamen. Zij zullen aldus brandpunten vormen voor de instroming van deze vier soorten van goddelijke energie en dit zal een ontzaglijke opwekking teweegbrengen bij de levenseenheden, die met Hen overeenstemmen en op Hen reageren. Deze vier Wezens, Die als menselijke wezens in de moderne wereld zullen verschijnen, kunnen voor het einde van deze eeuw verwacht worden en Hun vereende inspanning zal onherroepelijk het Nieuwe Tijdperk inwijden en de periode inluiden welke in de geschiedenis zal opgetekend worden als de glorierijke tijd voor het vijfde wortelras. Eénieder van deze vier Meesters, want dat zullen zij zijn, is tevens het subjectieve brandpunt voor een drievoudige instroming van energie uit het centrum in het lichaam van God...

De Nieuwe Psychologie, I. blz. 74.

6. De eerst volgende vijf‑en‑twintig‑honderd jaren zullen zovele veranderingen tot stand brengen en het uitvoeren van zovele zogenaamde 'wonderen' mogelijk maken, dat zelfs de uiterlijke verschijning van de wereld grondig veranderd zal worden; de plantengroei en het dierenleven zullen worden gewijzigd en ontwikkeld en veel dat latent is in de vormen van beide rijken zal tot uitdrukking worden gebracht door de vrijere instroming en het intelligenter behandelen van de energieën, welke scheppen en alle vormen samenstellen. De wereld is boven alle verwachting gedurende de laatste vijfhonderd jaren veranderd en tijdens de volgende tweehonderd jaren zullen de veranderingen nog sneller en ingrijpender worden, daar de groei van de intellectuele krachten van de mens in zeer sterke mate toeneemt, en de Mens, de Schepper, Zich bewust gaat worden van Zijn macht.

De Nieuwe Psychologie, I. blz. 82.

7. Degenen van ons, die datgene voorzien wat kan en moet gebeuren, zijn zich niettemin degelijk bewust dat, hoewel de vervulling van deze voorspelling onvermijdelijk is, toch de aangegeven tijdsfactor wel eens niet kan kloppen. Dit zal het gevolg zijn van het feit dat de gekwelde mechanismen van die mensen, aan wie het werk is opgedragen, tekort zullen schieten om juist of op de juiste tijd te reageren.

De Nieuwe Psychologie, I. blz. 283.

8. De mensen voelden zich na deze oorlog (1945) alsof niets hun was overgebleven en zij berooid en beroofd waren van alles wat het leven waard maakt te leven — zo afhankelijk waren zij geworden van de zogenaamde hoge maatstaf van leven. Door deze houding zal echter de eerste stap worden gedaan tot een nieuw leven en tot een betere, eenvoudiger levenswijze; nieuwe waarden zullen vorm aannemen en door de mensen worden begrepen en nieuwe doeleinden zullen in zicht komen. De tijd zal aanbreken in de ervaring van de mensheid dat de mensen zullen terug kijken naar de vooroorlogse eeuwen en zij zullen zich verwonderen over hun verblindheid en ontzet zijn over hun zelfzuchtig, materialistisch verleden. De toekomst zal schijnen met een verhoogde glorie en hoewel moeilijkheden en de problemen welke voortvloeien uit een wereldaanpassing en nieuwe verhoudingen tussen de geestelijke mens en zijn materiële omgeving zich zullen voordoen, zal de toekomst zelf bewijzen de beste te zijn die zich tot nog toe heeft ontplooid. Moeilijkheden zult gij op alle gebieden aantreffen tot aan de laatste inwijding toe, maar de ontwrichting van het levensproces zal nooit meer zo ingrijpend zijn. De oorzaak hiervan is dat de mensheid definitief aan de slavernij van de stof ontstijgt en in dat geval loopt de ontwrichting evenwijdig aan de invloed van de nederdalende geest op de tegenstand biedende stof. Denk na over deze uiteenzetting.

Esoterische Astrologie. blz. 366.

9. In het begin van de eerstvolgende eeuw zal een ingewijde verschijnen die op deze lering zal voortbouwen. Dit zal dezelfde 'stempel' dragen, want mijn taak is nog niet voltooid en deze series van overbruggende Verhandelingen tussen de stoffelijke kennis van de mens en de wetenschap van de ingewijden zullen nog een fase moeten doorlopen. De resterende jaren van deze eeuw moeten echter worden besteed aan de heropbouw van de tempel van 's mensen leven, aan de herstelling van de levensvorm der mensheid, het tot stand brengen van de nieuwe beschaving, gefundeerd op de oude, en aan de reorganisatie van de structuur van het wereld-denken, de wereldpolitiek en de herverdeling van 's mensen hulpbronnen in overeenstemming van het goddelijk gestelde doel. Dan en dan alleen zal het mogelijk zijn de openbaring verder te ontplooien.

Dit alles hangt af van de zegepraal van de krachten van het Licht en de daaruit voortvloeiende overwinning van diegenen die de menselijke vrijheid beschermen. Mochten de krachten van materialisme en wreedheid zegevieren en zelfzuchtige, zondige nationale belangen en eerzucht de overhand krijgen, dan zou toch de openbaring komen maar veel later. Het eindresultaat staat niet op het spel en er is geen reden tot wanhoop. De moed van hen die voor vrijheid vechten blijft onaangetast. De Hiërarchie houdt stand. Het Licht breekt in de wereld door naarmate de werkelijke toestand zich scherper aftekent.

Wees met goede moed bezield want er is geen waarlijke nederlaag weggelegd voor de menselijke geest; het goddelijke in de mens kan nooit worden uitgedoofd, want goddelijkheid verrijst altijd weer zegevierend uit de donkerste diepte der hel. Het is evenwel noodzakelijk de traagheid van de stoffelijke aard in reactie op de menselijke nood te boven te komen, individueel en door de volkeren die zich niet verdiepen in de hoofdzaken van de toestand. Dit blijkt nu te gaan gebeuren. Er is geen macht op de Aarde die de vooruitgang van de mens naar zijn bestemd doel kan verhinderen en geen kombinatie van machten kan hem tegenhouden.

Esoterische Astrologie. blz. 388.

10. Men zal aan het einde van deze of in het begin van de volgende eeuw tot een grote ontdekking komen met betrekking tot het gebruik van licht door het vermogen en de leidende hulp van het denken. Twee kleine kinderen — waarvan er één in dit land leeft (de Verenigde Staten van Amerika) en één in India — zullen langs wetenschappelijke lijnen een formule uitwerken welke enkele van de bestaande gapingen in de graadverdeling van lichttrillingen zal vullen; de hoge frequentie stralen en golven, die gij nu kent, zullen zij als grondslag gebruiken. Dit zal tot instrumenten noodzaken, waarvan tot nog toe niet gedroomd is, doch die in werkelijkheid volkomen mogelijk zijn. Zij zullen zo sensitief zijn, dat zij door de kracht van het menselijk oor onder de geconcentreerde leiding van de gedachte in beweging gezet zullen worden. Ik kan niet meer doen dan u deze aanduiding geven.

Esoterische Genezing. blz. 279, 280.

11. De toekomst bevat in haar stilzwijgendheid andere werkwijzen om de mensheid te redden. De beker van smart is bijna geledigd en de smart van het kruis behoort nagenoeg tot het verleden. Vreugde en sterkte zullen ervoor in de plaats komen. In plaats van smart zullen wij vreugde kennen die zich zal uitdrukken in blijheid en tenslotte zal leiden tot gelukzaligheid. Wij zullen een sterkte verkrijgen die niets anders zal kennen dan zegepraal en die geen rampspoed zal erkennen. Zelfs de zwarte loge was op de hoogte van deze veranderde werkwijze van verlossen en richtte haastig jeugdgroepen op, tezamen gebundeld onder het motto 'vreugde door sterkte en sterkte door vreugde'. Het schijnt een wet te zijn voor groepsontwikkeling om erkenning te ontvangen van de zijde van het boze, voordat er erkenning komt van de kant van het goede. Maar 'na geween komt vreugde en die vreugde komt in de morgen'. Voorlopig is slechts de dageraad voor ons aangebroken, de dageraad van het Waterman-tijdperk. De volle stroom van licht beweegt zich op zijn weg onvermijdelijk naar ons toe.

De Stralen en de Inwijdingen. blz. 188.

12. Op het stoffelijk gebied zal de grote wetenschappelijke ontdekking, in de wandeling 'kernsplitsing' genoemd, uiteindelijk aangewend worden voor het voortbrengen van die voorwaarden, die de mensheid in staat stellen, het goede, het schone en het ware aan te hangen. Dit zal de mens dan kunnen doen, doordat hij bevrijd zal zijn van de afschuwelijke aanwezigheid van het zuiver materialistisch denken. Dit is geen speculatief visioen of vage droom. Vele moderne geleerden (en diegenen die hun medemensen liefhebben in het bijzonder) hebben niet alleen ideeën omtrent het niet‑destructieve aspect van atoomenergie, maar ze houden zich reeds bezig, voor het welzijn van de mensheid, met enige van de uitwerkingen en de radio‑actieve eigenschappen ervan voor gebruik gereed te maken.

Eigenaardig genoeg is het het verstandige, beheerste gebruik van de resultaten van dit wetenschappelijk avontuur in verband met de atoombom, welke tenslotte een speciale openbaring over de aard van bepaalde krachten met betrekking tot licht tot stand zal brengen. Deze gebeurtenis zal het denken in de wereld veranderen, en zal, voor zover het de mens betreft, leiden tot een nieuw soort transmuterend proces...

Uit het hierboven beschrevene zult u opgemerkt hebben, dat sommige van de gevolgen op de mensheid als geheel en een kernstructuur van de nieuwe en schone toekomst plaats vinden als gevolg van de nieuwe instromende eerste‑straals‑werking. Er kunnen nog geen bijzonderheden worden meegedeeld, maar over de fundamentele oorzaak is al voldoende geschreven om u die dit leest in staat te stellen na te denken over de mogelijke uitwerking ervan op geestelijk gebied. De op handen zijnde beschaving zal verschillen van de huidige, doch nog materialistisch van aard zijn, maar de massa overal in de wereld zal levendiger besef krijgen, dat er een geestelijke doelstelling naar voren komt, die alle leven zal transformeren en aan datgene, wat stoffelijk is een nieuwe waarde en een nieuw doel zal geven.

De Stralen en de Inwijdingen. blz. 513‑515.

Top | Inhoud

[139]

PSYCHISCHE VERMOGENS

1. Hier wil ik onderbreken en op twee punten wijzen welke men in zijn gedachten dient vast te houden:

Ten eerste, dat vele mensen — heden ten dage in de Atlantische bewustwordingstoestand of in het Atlantische bewustzijn leven. Het tot uiting brengen van deze lagere psychische vermogens is voor hen normaal hoewel niet wenselijk. Voor de mens die een mentaal type is of die geleidelijk de psychische aard overwint, zijn deze vermogens abnormaal (of moet ik zeggen onder normaal?) en hoogst ongewenst. In deze bespreking, waar wij nu aan toe zijn, behandel ik niet de mens met het Atlantische bewustzijn doch de moderne aspirant. Voor de tegenwoordige aspirant is het gevaarlijk en belemmerend het voorafgaande rassenbewustzijn te ontwikkelen en terug te keren tot de lagere soort van ontplooiing (welke wij ver achter ons hadden moeten laten liggen). Het is een uiting van atavisme.

Ten tweede, wanneer een mens zich stevig op het mentale gebied heeft ingesteld, wanneer hij enigszins contact met de ziel heeft verkregen, wanneer hij zich geheel op de wereld van geestelijke werkelijkheden heeft gericht en zijn leven in het teken staat van discipline en dienst, dan kan hij bij tijden, indien het noodzakelijk is, naar eigen vrije verkiezing deze lagere psychische krachten oproepen om ze te gebruiken in dienst van het Plan ten einde het één of ander speciaal werk op het astrale gebied te verrichten. Doch dit betreft een geval waar het grotere bewustzijn op normale wijze het kleinere bewustzijn omvat. Dit wordt echter zelfs door de adepten zelden gedaan, want de vermogens der ziel — geestelijke waarneming, telepathische gevoeligheid en de gemakkelijkheid van psychoscopie (psychometrie) — zijn doorgaans toereikend voor het verlangen en de nood waaraan tegemoet moet worden gekomen. Ik las deze bemerkingen hierbij in, daar er enkele verlichte mensen zijn die deze krachten gebruiken, doch het is altijd langs de lijn van de één of andere speciale dienst aan de Hiërarchie en aan de mensheid en niet ten behoeve van de individu.

Wanneer een mens zich op de zijpaden van het astrale gebied heeft begeven, de veilige plaats van mentaal evenwicht en een verstandelijke hoogte heeft verlaten (weer symbolisch gesproken), wanneer hij voor begoocheling en illusie is bezweken (meestal te goeder trouw misleid en goedbedoeld) en wanneer hij in zichzelf — door een verkeerd toegepaste stimulatie en proefnemingen — oude gewoonten van contact, zoals helderziendheid en helderhorendheid, heeft ontwikkeld, wat kan hij dan doen of wat zal er voor hem kunnen worden gedaan om hem weer in het rechte spoor te krijgen?

Een groot aantal dezer mensen valt in handen van psychologen en psychiaters; velen kunnen wij heden ten dage in onze sanatoria en krankzinnigengestichten aantreffen. Zij worden daar opgesloten gehouden omdat zij 'dingen zagen' of 'stemmen hoorden', of dromen droomden en omdat zij zich onbekwaam hadden gemaakt voor een normaal leven. Zij schijnen, zowel voor zichzelf als voor anderen, een gevaar te zijn. Zij vormen een probleem en een moeilijkheid. De oude gewoonten moeten worden losgelaten, doch wegens hun ouderdom zijn zij zeer hardnekkig en iets loslaten is gemakkelijker gezegd dan gedaan. De praktijken waardoor de lagere psychische krachten zijn ontwikkeld, moeten worden opgegeven...

De Nieuwe Psychologie, II. blz. 367, 368.

2. Eén der aller-voornaamste lessen welke op het Pad van Discipelschap moet worden geleerd is datgene wat werkelijk is, te leren onderscheiden van datgene wat illusie is.

Wat kan er dan gezien en gehoord worden door het in trance zijnde medium of wanneer er een voorstelling van helderziendheid en helderhorendheid wordt gegeven? Veel is mogelijk, hetgeen ik als volgt zou kunnen opnoemen:

1) Een zich openbaren van het 'wensleven' van de persoon of de groep tot wie het medium spreekt. Dit wensleven neemt vorm aan evenredig aan het vermogen van het niet uitgedrukte verlangen of de mentale geschiktheid van de betreffende persoon of personen.

2) Een erkenning door het medium van gedachtenvormen of van een aanwezige gedachtenvorm in de aura van de persoon onder de toehoorders of van het gezelschap. Deze gedachtenvormen zijn over een lange tijdsperiode opgebouwd en betreffen doorgaans iemand die zeer geliefd is of waar men een sterke afkeer van heeft. Zij worden dikwijls zo reëel voorgesteld dat de persoon hen kan herkennen wanneer zij door het medium worden beschreven. Het medium kan tegelijkertijd door een telepathisch proces (via het zonnevlecht‑centrum) zich van de dingen bewust worden welke de toehoorder wenst te horen en die met de gewone manieren, die wijze van spreken en denken van de overledenen of van de levende vriend zullen overeenkomen. Dit verklaart het middelmatige gehalte van de gebruikelijke uitspraken en gedane uiteenzettingen tijdens een seance. De gemiddelde persoon die veelvuldig seances bezoekt, bezit gemeenlijk niet de hoogste graad van intelligentie, tenzij hij er eenvoudig naar toe gaat als onderzoeker.

3) Een enkel zeldzaam geval wanneer een ziel op het pad van terugkeer tot incarnatie of onmiddellijk na de dood aangedreven wordt (ter wille van een goed en rechtsgeldig doel) contact te maken met een vriend of bloedverwant via een medium. Zulke gevallen zijn bekend en vooronderstellen meestal meer dan een gemiddelde intelligentie aan de zijde van degene die aanzit, van de mededeler en van het medium, zij vormen echter het exceptionele geval.

4) Het zich openbaren aan de helderziende en de helderhorende van vele verschijnselen van het astrale gebied welke gelijk zijn aan die van het stoffelijk gebied en die door de hoedanigheid en het gehalte van het gezelschap van mensen die tot het gehoor behoren, worden bepaald. Het medium verklaart deze voor hen en zij roepen meestal een erkenning op.

Ik trek de oprechtheid van de inlichtingen noch die van de media, die met helderziende en helderhorende vermogens geboren zijn, in twijfel. Ik wijs er alleen op dat de verschijnselen waar zij mede in aanraking komen, van astrale aard zijn en dat een ieder in een gezelschap, die ze van het standpunt der hogere psychische vermogens bekijkt, rondom iedere bezoeker een groep van astrale vormen (zelf geschapen) van diegenen zou kunnen opmerken die het stoffelijk leven door de dood hebben verlaten, van diegenen die voortdurend in zijn gedachten zijn doch nog leven en tevens kan men een caleidoscopisch en een zich steeds veranderend proces zien van verschijnende en weer verdwijnende vormen (soms zeer vaag, soms zeer stoffelijk overeenkomstig de gedachtekracht) betreffende het wensleven van de bezoeker, zijn huiselijke aangelegenheden, zijn zaken of die welke hij rondom zichzelf heeft opgebouwd omtrent zijn gezondheid. De gevoelige stemt zich op deze gedachtevormen af, verbindt ze met die welke hiermede gepaard gaan of met de gemiddelde toehoorders en vandaar het resultaat van de gewone voorstelling tijdens de seance. Het medium verbindt zich zuiver en accuraat met datgene wat hij ziet en hoort en is daarom oprecht en waarheidsgetrouw, doch omdat hij zich niet in de kunst van verklaren en in de techniek heeft getraind het denkbeeldige van het werkelijke te onderscheiden, is hij noodzakelijkerwijze niet in staat meer te doen dan de door hem waargenomen verschijnselen en de door hem gehoorde woorden te beschrijven.

Wanneer echter de mysticus, zoals soms het geval is, deze zelfde vermogens aanboort, kunnen de door hem geziene verschijnselen en de door hem gehoorde woorden van zeer verheven gehalte zijn. Zij blijven desalniettemin toch astraal daar zij gebeurtenissen en verschijnselen betreffen welke tot de hogere niveaus van het astrale gebied behoren. Hij komt met het geestelijke of met het godsdienstige wensleven van het mensdom in aanraking en overeenkomstig de aan hem ten grondslag liggende neiging van zijn individuele aspiratie op dat ogenblik zullen zijn kontakten zijn. Indien hij een ernstig en toegewijd Christen is, zal hij een van de verheven en vitale gedachtenvormen van de Christus, welke zich daar bevinden, waarnemen en door het wonder van die openbaring zullen zijn liefde, zijn verbeelding en het allerbeste in hem worden aangewakkerd in aanbidding en mysterie. Vandaar enkele der geïnspireerde geschriften en verlichte visioenen van de mysticus. Indien hij een Hindoe is, kan er voor hem een visioen verschijnen van de Heer van Liefde, Shri Krishna, of indien hij een Boeddhist is, kan hij de Heer van Licht, de Boeddha, in al Zijn straling aanschouwen. Indien hij zich verdiept in occultisme, of een Theosoof of een Rozekruiser is, kan hij een visioen van één van de Meesters of van de gehele Hiërarchie van Adepten krijgen; hij kan gesproken woorden horen en zich boven alle twijfel verzekerd gevoelen dat de Groten als een speciaal voorrecht hem hebben verkozen ter wille van een unieke dienst. En toch heeft zijn bewustzijn nooit het astrale gebied verlaten. Zijn kontakten zijn slechts een wonderbaarlijke en inspirerende uitdrukking van verschijnselen van dat gebied, welke door zijn aspiratie tot zijn innerlijk gezicht en gehoor zijn doorgedrongen.

Dit alles wordt tot stand gebracht door een verhoogde werkzaamheid van het zonnevlecht-centrum, gestimuleerd door de instromende energie van de door hem bereikte hoogten tijdens meditaties waarin hij hevig verlangde naar het hogere. De resultaten zijn uiteraard zeer emotioneel en de daardoor zich ontwikkelende reacties benevens de daaruit voortvloeiende verleende diensten zijn van emotionele aard. Een groot deel hiervan kan onder de leraren der wereld in deze tijd in vele landen worden waargenomen. Dergelijke leraren waren en zijn ware aspiranten. Zij zijn in bewustzijn op de hogere niveaus van het astrale gebied ontwaakt . Zij hebben er de gedachtenvormen gezien, geschapen door de mensheid van de geestelijke Hiërarchie of de weerspiegeling op die hoogte van de Hiërarchie (een nog krachtiger groep van gedachtevormen) en zij hebben de herhalingen van datgene gehoord wat gezegd en gedacht is door de wereldaspiranten aller tijden — alles hoogst verheven, goed en waar. Zij nemen dan op zich datgene te onderwijzen en te verkondigen wat zij aldus gehoord, gezien, geleerd hebben en doen vaak heel veel goed — op astrale hoogten. Zij verwarren desondanks de weerspiegeling met de werkelijkheid, de kopie met het origineel en het door de mensheid opgebouwde met het goddelijk geschapene.

Vergeet niet dat het astrale gebied het gebied is waar de mens moet leren waarheid van dwaling, het werkelijke van het onwerkelijke te onderscheiden. Diegenen dus die zich laten misleiden, leren slechts een noodzakelijke les. Het bestaan van het astrale gebied wordt steeds meer erkend en dat is goed. Het feit dat de geestelijke Hiërarchie en de Meesters bestaan, wordt onder de aandacht der massa's gebracht, zelfs indien het door diegenen wordt gedaan die de weerspiegeling en de gedachtenvormen met de werkelijkheid verwarren.

Hier kon de vraag eindelijk wel gesteld worden: Hoe kan de mysticus deze dwaling en verwarring vermijden? Hoe kan hij het werkelijke van het denkbeeldige onderscheiden? Dit vormt voor iedere mysticus een individueel probleem. Er is geen enkele grondig wetenschappelijke regel volgens welke hij zijn reacties kan leren besturen. De enige voor­schriften welke ik u kan geven, zijn zo eenvoudig dat diegenen die in deze tijd bezig zijn datgene te onderrichten en te verkondigen waar zij op astrale wijze mede in aanraking zijn gekomen deze niet graag zullen volgen. De geesteshouding welke de mysticus zal beschermen tegen astrale misleiding en dwaling is:

1) Het aankweken van een geest van ware ootmoed. Er bestaat een geestelijke aanmatiging welke zich achter de dekmantel van bescheidenheid verbergt, hetgeen in deze tijd sterk naar voren komt. Deze houding brengt de mensen ertoe zichzelf als de uitverkorenen der Hiërarchie te beschouwen en zichzelf te zien als de redders der wereld; zij menen dat zij de spreektrompetten van de Meesters of van de Christus zijn; zij zijn daardoor geneigd zich in hun zienswijze af te scheiden van andere leiders en leraren, onderwijl weigerend de vele aspecten en de vele werkwijzen van het ene werk te erkennen, welke het Denkvermogen Gods bedoeld heeft onder het bereik van de massa's te komen.

2) Het weigeren aan te nemen van elk contact of elke boodschap waar een persoonlijke bijgedachte in ligt opgesloten of waardoor de ontvanger hiervan zich apart zet en welke de ontwikkeling van een Messiascomplex doet aanwakkeren. Deze zin geeft precies weer wat ik bedoel. Deze zin is simpel, beknopt en beeldt op dramatische wijze de geesteshouding uit en beschrijft de zelfverzekerde aard van het bewustzijn van vele tegenwoordige leraren der mensheid. Een zuiver contact met de Hiërarchie en de ware ridderslag van dienst brengt met zich mede de overtuiging van het bestaan der vele dienaren in naam van de Ene Dienst, van de vele boodschappers die de ene boodschap uitdragen, van de vele leraren der vele aspecten van de Ene Waarheid, van de vele en verschillende wegen terug naar het Hart van God. Wanneer deze allesomvattende openbaring de oproep tot dienst vergezelt, dan wordt de geest van omvattendheid ontwikkeld. De mens kan zich zeker gevoelen dat hij waarlijk opgeroepen wordt om samen te werken en hij kan van de werkelijkheid van zijn visie overtuigd zijn.

3) Een zich bevrijden van emotionele aantrekkingskracht. De ware discipel en mysticus is altijd mentaal ingesteld. Zijn visie is vrij van de misleidende reacties van het zonnevlecht-centrum. Zijn visie wekt het hart-centrum, roept de reactie op van de energie zijner persoonlijkheid (geconcentreerd in het ajna-centrum) en bewerkstelligt ten slotte een 'evenwicht in het centrum van Licht'. Dit duidt op de groeiende werkzaamheid van het hoofd-centrum. Wanneer hij zich bezighoudt met de massa's kan hij later een beheerst emotioneel beroep doen op de massa's, doch hijzelf tracht vrij te blijven van alle emotionele overheersing.

De Nieuwe Psychologie, II. blz. 438‑442.

3. ...Negatief, onintelligent mediumschap en psychisme verlaagt de vertolker ervan tot het peil van een automaat; het is niet raadzaam en gevaarlijk, omdat het de mens van zijn vrije wil berooft en hij niet langer positief ingesteld is, en het bovendien het handelen als vrij intelligent menselijk wezen tegengaat. In dit geval handelt de mens niet als kanaal voor zijn eigen ziel, maar is weinig meer dan een instinctief handelend dier, zoal niet letterlijk een lege schil, welke een obsederende entiteit in bezit kan nemen en gebruiken.

Het Naar Buiten Treden van de Geestelijke Hiërarchie. blz. 16.

4. Tegelijkertijd zijn er mediums van een veel hoger soort, die bereid zijn hun leven in dienst te stellen van vergevorderde zielen aan de andere kant van de sluier en die zich hiertoe lenen opdat hun medemens door hen iets kan leren. Op deze wijze worden aan beide zijden van de sluier zielen de gelegenheid geboden en geholpen om te luisteren en te dienen. Maar ook deze zouden meer gebaat zijn met een intelligentere training en door een juister begrip omtrent het technische gedeelte van hun werk en de samenstelling van hun diverse lichamen. Zij zouden dan een beter kanaal kunnen vormen en een betrouwbaarder tussenpersoon zijn.

Het Naar Buiten Treden van de Geestelijke Hiërarchie. blz. 17.

5. De discipel, die zich bezig houdt met de Hiërarchische plannen voor de toekomst, staat volkomen open voor de groei van ware psychische vermogens. Hij betreurt en onderdrukt alle negatieve toestanden en gedachtenvormen, wanneer hij die in zijn omgeving aantreft, maar hij moedigt de ontwikkeling aan van alle vormen van hoger zintuiglijke waarneming, die het menselijk bewustzijn verruimen en zijn inhoud verrijken .

Het Naar Buiten Treden van de Geestelijke Hiërarchie. blz. 483.

Zie ook: 'SPIRITISME' en Discipelschap in het Nieuwe Tijdperk, I. blz. 42 en 641‑643.

Top | Inhoud