Navigeren in de hoofdstukken van dit boek

BRIEF VI - HET GEBRUIK VAN VORM IN MEDITATIE - Deel 1

  BRIEF VI

  HET GEBRUIK VAN VORM IN MEDITATIE

a.    Het Gebruik van Vorm bij het Verruimen van het Bewustzijn

b.    Het Gebruik van Vorm door de Mysticus en de Occultist

c.    Speciale Vormen

d.    Het Gemeenschappelijk Gebruik van Vorm

[140]

  BRIEF VI

  HET GEBRUIK VAN VORM IN MEDITATIE

6 augustus 1920

Aan uw zeer natuurlijke verlangen om u in deze zesde brief enkele speciale vor- men te geven, om bepaalde resultaten te verkrijgen, kan ik niet ten volle voldoen. Ik ben niet van plan welke vorm dan ook, die door u nauwkeurig zou moeten worden gevolgd, aan te geven. De gevaren zijn, zoals ik al eerder heb uitgelegd, te groot zon- der de leiding van een beschikbaar zijnde leraar die de reacties kan gadeslaan. Later kunnen deze vormen worden gegeven. Het werk is voor de komende generatie van studerenden stipt geordend en deze brieven zijn daarbij inbegrepen. Wat ik vandaag van plan ben te doen, is iets anders. Ik neem mij voor vier dingen te doen, die ik afzonderlijk zal behandelen en toelichten. Wanneer men deze punten behoorlijk in zich opneemt en ernaar handelt, zullen zij tot verdere verlichting leiden. In de occulte methode van onderricht wordt alles stap voor stap behandeld, punt na punt geleidelijk aan de leerling voorgelegd, en pas wanneer elke stap is gedaan en elk punt begrepen, zal dat wat volgt duidelijk worden. De leraar geeft een aanwijzing, een wenk en werpt er enig licht op. De leerling volgt het punt waarop de nadruk is gelegd, en ondervindt, terwijl hij zo handelt, dat steeds meer licht binnenstroomt, een ander stadium verschijnt en andere aanwijzingen  worden gegeven. In het samengaan van actie en reactie wordt degene die het occultisme bestudeert, geoefend door de occultist.

Bij het bestuderen van het onderwerp "Het gebruik van vorm in meditatie" zijn de vier verdelingen, waarin ik de bedoelde gegevens wil plaatsen, als volgt:

1.    Het gebruik van vorm bij het verruimen van het bewustzijn.

2.    Het gebruik van vorm door de mysticus en de occultist. [141]

3.    Het gebruik van speciale vormen voor speciale doeleinden.

4.    Het gemeenschappelijk gebruik van vorm.

In de uiteenzetting van deze onderwerpen zult u zien dat wat ik probeer te geven, een juist begrip is van de waarde van vormen in meditatie en geen mededelingen over welke bepaalde werkwijze ook. Ik tracht de wezenlijke aard aan te tonen van handelen volgens de wet in dit belangrijkste middel om eenheid met het goddelijke tot stand te brengen en die eenwording tussen het hogere en het lagere te bewerkstelligen, wat het doel is van de gehele evolutie. Ik wens dat ik hen die deze woorden lezen in hun denken een juist begrip kan geven van de verhouding tussen geest en stof, omdat deze de grondslag vormt van al dit soort werk.

De door de Logos gebruikte werkwijze is in dit tweede zonnestelsel ontegenzeglijk het gebruik van vorm voor doeleinden van openbaring, als een middel tot uitdrukking en als het voertuig waardoor het inwonende leven kan groeien, zich kan ontplooien, ervaringen kan opdoen en zichzelf kan vinden. Dit is het geval ongeacht of het de vorm is van een heel zonnestelsel, een menselijk wezen in zijn complexiteit, of een vorm opgebouwd door dat menselijke wezen in zijn poging om zich bewust te worden en te weten — een vorm gebouwd met het speciale doel zich een voertuig te verschaffen waarin het bewustzijn, terwijl het door vastgestelde stadia gaat, zichzelf stap voor stap kan verruimen tot een punt dat het zich voor ogen heeft gesteld. Dit brengt ons tot ons eerste punt:

1. Het Gebruik van Vorm bij het Verruimen van het Bewustzijn

Wij moeten onder dit hoofd drie dingen in ogenschouw nemen:

a.    Het Bewustzijn zelf.

b.    Het doel waarnaar het streeft om zich te verruimen.

c.     De stappen waardoor het hierin slaagt.

Iedere eenheid van het mensdom is een deel van het goddelijk bewustzijn en is datgene wat zich bewust is of [142] zich bewust wordt van iets buiten zichzelf — iets wat zichzelf onderscheidt van het voertuig dat het insluit of van de vormen die het omringen.

In dit bijzondere stadium van de evolutie is de gemiddelde mens zich slechts bewust van onderscheid of van afgescheiden te staan van alle andere leden van de menselijke gemeenschap en vormt dus in zichzelf een eenheid tussen andere een- heden. Hij erkent dit en erkent het recht van alle andere afgescheiden eenheden zich als zodanig te beschouwen. Bovendien erkent hij dat er ergens in het heelal een oppermachtig Bewustzijn bestaat, dat hij theoretisch God of de Natuur noemt. Tussen dit zuiver zelfzuchtig gezichtspunt (ik gebruik het woord "zelfzuchtig"  in wetenschappelijke betekenis en niet als een verkleinend bijvoeglijk naamwoord) en de vage theorie van een immanente God bevinden zich talrijke stadia, in elk waarvan een bewustzijnsverruiming  optreedt of een verbreding van het gezichtspunt welke die zelf erkennende eenheid stap voor stap leidt van zelferkenning naar de erkenning van hogere zelven, naar de geschiktheid van hemzelf om eveneens erkend te worden als een hoger zelf en ten slotte naar de occulte erkenning van zijn eigen betere Zelf. Hij komt ertoe zijn hoger Zelf of Ego als zijn ware Zelf te erkennen en gaat dan van- uit dat stadium naar dat van groepsbewustzijn over. Hier wordt hij zich eerst bewust van zijn zielengroep en vervolgens van andere zielengroepen.

Na dit stadium komt de erkenning van het universele beginsel van Broederschap; dit houdt niet alleen een theoretische erkenning in, maar een opgaan van het bewustzijn in dat van het menselijk bewustzijn als geheel; dit is in werkelijkheid die ontwikkeling van het bewustzijn die een mens in staat stelt zich bewust te worden niet enkel van de verwantschap met zijn zielengroep maar ook van zijn plaats in de menselijke Hiërarchie op haar eigen gebied. In feite kent hij zichzelf als een deel van een van de grote Hemelse Mensen. Dit breidt zich later uit tot een bijna [143] onbegrijpelijk ruim gezichtspunt — dat van zijn plaats in de Verheven Hemelse Mens, zoals vertegenwoordigd door de Logos zelf.

Verder hoeven wij voor ons doel niet te gaan, omdat deze serie brieven niet de ontwikkeling van het kosmisch bewustzijn betreft.

Het zal u dan ook duidelijk zijn dat al deze stadia systematisch doorlopen moeten worden en dat elk ervan stap voor stap moet worden overwonnen. Het is allereerst noodzakelijk te begrijpen dat de plaats waar de uitbreiding optreedt en de verwezenlijking zich moet doen gevoelen, uiteindelijk in het denkend waakbewustzijn moet zijn. Het Ego op zijn eigen gebied kan zich bewust zijn van de eenheid van zijn bewustzijn met elk ander bewustzijn en beseffen dat zijn groep één is met hemzelf, maar totdat de mens (in zijn bewustzijn op het stoffelijk gebied) zich heeft opgeheven tot datzelfde gebied en zich eveneens bewust is van zijn groepsbewustzijn en zichzelf beschouwt als het hoger Zelf in de zielengroep en niet als een afgescheiden eenheid, is het net zo min van nut als een erkende theorie enig nut heeft wanneer deze niet in praktijk wordt gebracht.

De mens moet deze stadia ervaren in zijn stoffelijk bewustzijn  en moet niet slechts theoretisch maar proefondervindelijk weten waarover ik spreek, voor hij rijp wordt geacht verder te gaan naar de volgende stadia. De hele aangelegenheid lost zich op in de uitbreiding van het denkvermogen, totdat dit het lagere denkvermogen overheerst, en in het vermogen tot abstract begrijpen, hetgeen ten slotte open- baringen op het stoffelijk gebied tot gevolg heeft. Het betekent uw hooggestemde theorieën en uw verhevenste idealen waar te maken, terwijl het hogere en het lagere ineenvloeien, en dat lagere zo uit te rusten, dat het op geschikte wijze uitdrukking kan geven aan het hogere. Het beoefenen van meditatie is hier van grote hulp. De zuivere, wetenschappelijke meditatie zorgt voor [144] geleidelijk opklimmende vor- men waardoor het bewustzijn wordt opgeheven en het denkvermogen verruimd tot- dat dit het volgende omvat:

1.    Zijn familie en vrienden.

2.    Zijn omringende metgezellen.

3.    Zijn aan hem verwante groepen.

4.    Zijn zielengroep.

5.    Andere zielengroepen.

6.    Die Hemelse Mens waarin de zielengroepen een centrum vormen.

7.    De Verheven Hemelse Mens.

Om dit te bereiken, zullen later bepaalde vormen worden uitgewerkt en (werkend langs de straal van een mens) zal hem onderricht worden gegeven hoe hij dit stap voor stap kan doen. U zult opmerken dat ik mij heb beziggehouden met het bewustzijn zelf en met het doel waarnaar gestreefd wordt, zodat de twee eerste punten zijn afgehandeld. Dit brengt mij tot onze laatste onderverdeling, namelijk de stappen waardoor welslagen wordt bereikt.

Ieder mens die zich toelegt op occulte ontwikkeling en naar het hogere streeft, heeft het stadium van de gemiddelde mens achter de rug — de mens die zichzelf be- schouwt vanuit het standpunt van volkomen afgescheidenheid en die werkt aan wat goed is voor hemzelf. De aspirant streeft naar iets anders; hij tracht op te gaan in zijn hoger Zelf en zich te verbinden met alles wat daar onvervreemdbaar aan verbonden is, als wij die uitdrukking kunnen gebruiken. De stadia daarboven vormen in al hun ingewikkeldheid de geheimen van inwijding en daarmee hebben wij niets te maken.

Het streven naar het Ego en het inbrengen van dat hogere bewustzijn met de daaropvolgende ontwikkeling van groepsbewustzijn is wat u allen die deze brieven lezen, direct aangaat. Het is de eerstvolgende stap vooruit voor degenen die zich op het Proefpad bevinden. Het wordt niet bereikt door alleen maar dertig minuten per dag te besteden aan bepaalde vastgestelde vormen van meditatie. Het vraagt inspanning om uur na uur, [145] de hele dag en elke dag het bewustzijn zo dicht mogelijk bij het verheven punt te houden dat in de morgenmeditatie  is bereikt. Het veronderstelt een vastberadenheid zichzelf te allen tijde te zien als het Ego en niet als een afgescheiden persoonlijkheid. Later, naarmate het Ego meer en meer de heerschappij verkrijgt, zal zich het vermogen ontwikkelen om zichzelf te zien als een deel van een groep, met geen andere belangen en begeerten, oogmerken of wensen dan het welzijn van die groep. Het noodzaakt tot een voortdurende waakzaamheid, elk uur van de dag, om te voorkomen dat men terugvalt in de lagere trilling. Het eist een voortdurende worsteling met het lager zelf dat naar beneden trekt; het is een onafgebroken strijd om de hogere trilling in stand te houden. En wat ik u op het hart wens te drukken, is dat u zich ten doel moet stellen de gewoonte te ontwikkelen om de hele dag te mediteren en in het hoger bewustzijn te leven, totdat dat bewustzijn zo standvastig is, dat het lagere denkvermogen, de lagere begeerten en de stoffelijke elementalen, bij gebrek aan voedsel, wegkwijnen en afsterven, en de drievoudige lagere aard slechts de bemiddelaar wordt waardoor het Ego in aanraking kan komen met de wereld om het mensdom te helpen.

Door dit te doen volbrengt hij iets dat door de gemiddelde studerende weinig wordt beseft. Hij bouwt een vorm op, een bepaalde gedachtevorm die ten slotte voor een voertuig zorgt waardoor hij de gelegenheid krijgt uit het lager bewustzijn over te gaan naar een hoger, een soort mayavirupa, dat dient als zijn verbindingskanaal. Deze vormen zijn, ofschoon niet altijd, van tweeërlei soort:

•      De studerende bouwt dagelijks, zorgvuldig en met liefde en aandacht, een vorm op van zijn Meester, die voor hem de belichaming is van het ideaal hoger bewustzijn. Hij legt de omtrek van deze vorm vast in zijn meditatie en bouwt de structuur ervan op in zijn dagelijkse leven en denken. De vorm wordt voorzien van alle deugden, schittert met alle kleuren en wordt [146] bovenal verlevendigd door de liefde van de mens voor zijn Meester en later wordt die vorm (wanneer ze geschikt is voor het doel) door de Meester zelf bezield. In een bepaald stadium van ontwikkeling verschaft deze vorm de grond voor de occulte ervaring het hoger bewustzijn binnen te treden. De mens herkent zichzelf als een deel van het bewustzijn van de Meester en door middel van dat alomvattend bewustzijn gaat de ziel bewust over in de zielengroep. Door middel van die vorm doet men die ervaring op, tot de tijd aanbreekt dat die vorm overbodig wordt en de mens zich naar eigen vrije verkiezing bij zijn groep kan voegen en er later voorgoed bewust kan blijven. Deze werkwijze is de meest gebruikelijke en is het pad van liefde en toewijding.

•      Bij de tweede werkwijze ziet de studerende zichzelf als de ideale mens, als de vertolker van alle deugden, en tracht in zijn dagelijkse  leven datgene van zichzelf te maken wat hij zich voorstelt te zijn. Deze werkwijze wordt gebruikt door de meer mentale typen, de intellectuelen, en degenen van wie de straal niet zo gekleurd is door liefde, toewijding of harmonie. Zij is niet zo algemeen als de eerste. De aldus opgebouwde mentale gedachte- vorm dient als de mayavirupa, zoals bij de eerste methode, en de mens kan door middel van deze vormen overgaan naar het hoger bewustzijn. Om deze vormen op te bouwen moeten, zoals u dus ziet, bepaalde stappen worden genomen en ieder type zal de vorm enigszins anders opbouwen.

Het eerste type zal beginnen met de een of andere geliefde persoon, en van daaruit zal hij zich, via verschillende andere personen, verheffen tot aan de Meester.

Het andere type zal beginnen met meditatie over de meest begeerde deugd, terwijl hij deugd bij deugd voegt om de vorm van het ideale zelf op te bouwen, totdat alle deugden zijn beproefd en hij plotseling met het Ego in aanraking komt. [147]

Morgen zullen wij ditzelfde onderwerp behandelen vanuit een ander gezichts- punt en het onderscheid bestuderen tussen de occultist en de mysticus.

 

2. De door de Occultist en de Mysticus gebruikte Vorm

8 augustus 1920

Het onderwerp van deze brief zal u interesseren, omdat wij de vorm zullen bespreken zoals die door de occultist en de mysticus wordt gebruikt.

Het zou van waarde voor ons kunnen zijn, als wij eerst zorgvuldig het onderscheid vaststellen tussen de twee typen. Ik zou willen beginnen met een verklaring. De mysticus is niet noodzakelijkerwijs een occultist, maar de occultist omvat de mysticus. Mystiek is slechts één stap op het occulte pad. In dit zonnestelsel — het stelsel van liefde in activiteit — is de weg van de minste weerstand voor de meerderheid die van de mysticus, de weg van liefde en toewijding. In het volgend zonnestelsel zal de weg van de minste weerstand het occulte pad zijn, zoals wij dat nu verstaan. Het mystieke pad zal dan achter ons liggen. Waarin ligt het verschil tussen deze twee typen?

•      De mysticus houdt zich bezig met het zich ontplooiend leven, terwijl de occultist zich met de vorm bezighoudt.

•      De mysticus houdt zich bezig met de immanente God of de innerlijke God; de occultist met de transcendente God of de God in uiterlijke openbaring.

•      De mysticus werkt vanuit het centrum naar de omtrek; de occultist draait het proces om.

•      De mysticus brengt zichzelf op een hoger plan door aspiratie naar en intense toewijding aan de God in hem of de Meester die hij erkent; de occultist bereikt zijn doel door de wet in werking te erkennen, door de wet die de stof samenhoudt, te hanteren en haar in overeenstemming te brengen met de behoeften van het inwonende leven. Op die wijze nadert hij die Intel- ligenties die met de wet werken, totdat hij de oorspronkelijke Intelligentie zelf bereikt. [148]

•      De mysticus werkt door middel van de Stralen van Liefde, Harmonie en Toewijding of de tweede, de vierde en de zesde straal. De occultist werkt door middel van de Stralen van Macht, Activiteit en Ceremoniële Wet of de eerste, de derde en de zevende straal. Beiden komen samen en verenigen zich door het denkvermogen te ontwikkelen, of door middel van de vijfde straal van Concrete Kennis (een deel van de kosmische intelligentie) en op deze vijfde straal lost de mysticus op in de occultist en werkt dan met alle stralen.

•      Door het vinden van Gods Koninkrijk in zichzelf en door het bestuderen van de wetten van zijn eigen wezen komt de mysticus op de hoogte van de wetten die het heelal, waarvan hij een deel is, regeren. De occultist erkent Gods Koninkrijk in de natuur of het stelsel en beschouwt zichzelf als een klein deel van dat grotere geheel en is zich daardoor bewust geregeerd te worden door dezelfde wetten.

•     In de regel werkt de mysticus in de afdeling van de Wereldleraar of de Christus en de occultist meestal in die van de Manoe of de Heerser, maar wanneer de beide typen door de vier bijstralen zijn gegaan in de afdeling van de Heer van Beschaving, dan is hun ontwikkeling voltooid; de mysticus wordt de occultist en de occultist omvat de kenmerken van de mysticus. Met ande- re woorden, om het eenvoudiger en begrijpelijker te maken: na inwijding wordt de mysticus de occultist, doordat hij zich is gaan verdiepen in de occulte wet; hij moet met de stof gaan werken, haar hanteren en gebruiken; hij moet alle lagere vormen van openbaring beheersen en leiden, en de regels leren waarmee de opbouwende deva’s werken. Voordat de inwijding wordt ondergaan, zou het mystieke pad het Proefpad kunnen worden genoemd. Voordat de occultist op verstandige wijze de stof van het zonnestelsel kan hanteren, moet hij boven de wetten staan die de microkosmos regeren, en zelfs ofschoon hij zich vanzelfsprekend [149] op het occulte pad bevindt, zal hij toch de God in zijn eigen wezen moeten vinden, wil hij zich veilig wagen op het pad van de occulte wet.

•     De mysticus tracht vanuit het emotionele te werken naar het intuïtieve en van daaruit naar de Monade of de Geest. De occultist werkt vanuit het stoffelijke naar het mentale en van daaruit naar Atma of de Geest. De ene werkt langs de lijn van de liefde, de andere langs de lijn van de wil. Het doel in het leven van de mysticus — liefde tot werkzame uitdrukking te brengen — schiet hij voorbij, tenzij hij het geheel coördineert door gebruik te maken van de intelligente wil. Daarom moet hij de occultist worden.

•     Dit geldt eveneens voor de occultist die, slechts werkend door middel van zijn verstand, een zelfzuchtige vertolker van macht wordt, tenzij hij een doel voor die wil en kennis vindt, ondersteund door een bezielende liefde die hem een redelijke beweegreden zal geven voor al wat hij onderneemt.

Ik heb getracht u het onderscheid duidelijk te maken tussen deze twee groepen, omdat dit van groot belang is wanneer u meditatie bestudeert. De door de twee groepen gebruikte vormen verschillen hemelsbreed van elkaar, wat zeer interessant is wanneer men dit op helderziende wijze kan gadeslaan.

De Mystieke Vorm

De uitdrukking "de mystieke vorm" klinkt vrijwel paradoxaal, want de mysticus — overgelaten aan zichzelf — geeft in het geheel geen aandacht aan de vorm. Hij concentreert zich op de innerlijke God en verdiept zich in dat centrum van bewustzijn; hij tracht dat centrum te verbinden met andere centra — zoals zijn Meester, of de een of andere heilige, of zelfs met de verheven Logos zelf — en tracht op te stijgen langs de lijn van het leven, zonder enige aandacht te schenken aan welke omringende omhulsels ook. Hij werkt langs de lijn van het vuur. "Onze God is een verterend vuur" [150] is voor hem een letterlijk feit en een tot werkelijkheid gemaakte waarheid. Hij stijgt op van vuur tot vuur door een steeds sterker wordend besef van het inwonend Vuur, totdat hij in aanraking komt met het vuur van het heelal. De enige vorm waarvan kan worden gezegd dat ze door de mysticus wordt gebruikt, zou zijn een ladder van vuur of een kruis van vuur, door middel waarvan hij zijn bewustzijn opheft naar het begeerde punt. Hij concentreert zich meer op abstracties, op eigenschappen dan op aspecten, en meer op de levenszijde dan op de vormzijde. Hij is een strever, hij brandt, hij brengt eenheid, hij heeft lief en hij werkt door middel van toewijding. Hij mediteert terwijl hij tracht het concreet denkvermogen helemaal uit te schakelen, en streeft ernaar vanuit het emotiegebied over te springen naar dat van de intuïtie.

Hij heeft de fouten van zijn type — dromerig, visionair, onpraktisch, emotioneel, en mist die hoedanigheid van denken die wij het onderscheidingsvermogen noemen. Hij is intuïtief, geneigd tot martelaarschap en zelfopoffering. Voordat hij iets kan bereiken en voordat hij een inwijding kan ondergaan, moet hij drie dingen doen:

•              Ten eerste, door meditatie moet hij zijn gehele aard onder beheersing bren- gen, de vormen leren opbouwen en dan hun waarde leren kennen.

•              Ten tweede, het concrete naar zijn waarde weten te beoordelen, en in het schema van dingen moet hij duidelijk de plaats leren zien van de verschil- lende omhulsels door middel waarvan het leven, dat hij zo liefheeft, zich moet openbaren. Hij moet aan zijn mentaallichaam werken en het tot de schatkamer van feiten maken, wil hij zijn weg kunnen vervolgen.

•              Ten derde, door een intelligente studie van de microkosmos, zijn klein geest stof stelsel, moet hij de tweevoudige waarde van de macrokosmos leren begrijpen.

In plaats van alleen het vuur dat brandt te kennen, moet hij begrijpen en werken door het vuur dat bouwt en dat de vorm samensmelt en ontwikkelt. Hij moet door middel van meditatie het drievoudig gebruik leren van het Vuur. Ik wil de nadruk leggen op deze laatste zin, omdat deze van zeer groot belang is. [151]

De Occulte Vorm

10 augustus 1920

Twee dagen geleden bestudeerden wij de werkwijze waardoor de mysticus een- heid verkrijgt, en zeer beknopt werd het pad geschetst waarop hij tracht zijn doel te bereiken. Vandaag zullen wij zo beknopt mogelijk de richting die de occultist gaat, in hoofdlijnen aangeven; later zullen wij aanwijzingen geven hoe die twee in elkaar moeten opgaan en hoe hun individuele elementen moeten worden samengebundeld tot één geheel.

De lijn van de vorm is voor de occultist de lijn van de minste weerstand, en terloops zou ik hier een gedachte kunnen tussenvoegen. Met het aannemen van dit feit kunnen wij dan ook met enige zekerheid in deze tijd een snelle ontwikkeling verwachten van occulte kennis en het naar voren treden van enkele ware occultisten. Omdat de zevende straal, de straal van Vorm of Ritueel, in kracht toeneemt, wordt het vinden van het occulte pad en het opnemen van occulte kennis in hoge mate vergemakkelijkt. De occultist houdt zich in het begin meer bezig met de vorm door middel waarvan de Godheid zich openbaart, dan met de Godheid zelf; hier komt voor het eerst het fundamentele onderscheid tussen de twee typen tot uitdrukking. In zijn werkwijze om het Zelf te vinden schakelt de mysticus het denkvermogen uit of tracht zich erboven te stellen. De occultist komt door zijn intelligente belang- stelling in de vormen die het Zelf omsluieren, en door gebruik te maken van het denkbeginsel op beide gebieden tot hetzelfde punt. Hij erkent de omhulsels die omsluieren. Hij legt zich toe op de studie van de wetten die het geopenbaarde zon- nestelsel regeren. Hij concentreert zich op het objectieve en kan soms in zijn jongere jaren de waarde van het subjectieve over het hoofd zien. Hij bereikt ten slotte het centrale leven, doordat hij door middel van bewuste kennis en beheersing omhulsel na omhulsel verwijdert. Hij mediteert over de vorm totdat hij de vorm uit het oog verliest en de schepper van de vorm alles in alles wordt. [152]

Evenals de mysticus moet hij drie dingen doen:

•              Hij moet de wet begrijpen en leren die wet toe te passen op zichzelf. Zijn methode is strenge zelfdiscipline, wat noodzakelijk is, omdat de gevaren die de occultist bedreigen niet dezelfde zijn als die van de mysticus. Hoogmoed, zelfzucht en een hanteren van de wet uit nieuwsgierigheid of begeerte naar macht moeten worden uitgeroeid voordat de geheimen van het Pad veilig aan zijn zorg kunnen worden toevertrouwd.

•              Tijdens de meditatie moet hij zich, door middel van de opgebouwde vorm, concentreren op het inwonend leven. Hij moet het innerlijk brandend vuur zoeken dat alle vormen die het goddelijke leven beschermen, verlicht.

•              Door een wetenschappelijke studie van de macrokosmos, "het Koninkrijk van God buiten hem", moet hij een punt bereiken waar hij dat koninkrijk eveneens een plaats toekent in zichzelf.

Hier is dan ook het aanknopingspunt voor de mysticus en de occultist en worden hun paden één pad. Ik sprak al eerder in deze brief over het belang voor de helderziende om het onderscheid waar te nemen tussen de door de mysticus en de occul- tist opgebouwde vormen in hun meditatie. In uw belang zou ik enkele verschillen kunnen opnoemen, ofschoon het slechts woorden voor u blijven, totdat u zulk een visie de uwe kunt noemen.

Occulte en Mystieke Vormen helderziend waargenomen

De mysticus die mediteert, heeft voor en rondom zijn eigen persoon een nevelige omtrek opgebouwd, onscherp en wolkachtig, en op die wijze, dat hijzelf het middelpunt van de vorm is. Het komt veelvuldig voor dat, overeenkomstig zijn gedachtegang, de kern van de vorm een of ander geliefd symbool kan zijn, zoals een kruis, een altaar of zelfs zijn zichzelf voor ogen gesteld beeld van een van de Groten. Deze vorm zal gehuld zijn in nevelen van toewijding en zal trillen met een orgie van kleuren, die getuigt van aspiratie, liefde en een vurig verlangen. De daarin verweven kleuren zullen bijzonder zuiver en helder zijn [153] en zullen zich tot op grote hoogte verheffen. In overeenstemming met het vermogen van de mens om omhoog te streven en lief te hebben zal de dichtheid en de schoonheid van de opstijgende wolken zijn; in overeenstemming met de evenwichtigheid van zijn temperament zal de nauwkeurigheid zijn van het innerlijke symbool of beeld waaromheen de wolken van kleur circuleren.

De vormen, opgebouwd door de mens met een occulte gedachtegang en die meer door het denkvermogen wordt beheerst, zullen meetkundige figuren hebben. De omtrekken zullen duidelijk zijn en een neiging tot strakheid hebben. De vorm zal veel nauwkeuriger zijn opgebouwd en de mens zal gedurende zijn meditatie met grotere zorg en nauwgezetheid te werk gaan. Hij zal (indien ik het zo mag uitdrukken) er trots op zijn het materiaal dat voor het opbouwen van de vorm nodig is, te kunnen hanteren. Er zal veel meer stof van het mentaalgebied in voorkomen en — ofschoon enkele wolken van het emotiegebied aan het geheel kunnen zijn toegevoegd — de stof van het emotiegebied zal van secundair belang blijven. De daarvoor gebruikte kleuren kunnen van gelijke helderheid zijn, maar zij worden doelbewust in vakken gedeeld, terwijl de vorm scherpomlijnd is en niet verloren gaat in de opwaartse stuwing van emotionele kleuren, zoals de mystieke vorm neiging heeft te doen.

Later, wanneer de mens in beide gevallen een punt heeft bereikt van een meer afgeronde ontwikkeling, en zowel een occultist als een mysticus is, zullen de opgebouwde vormen beide eigenschappen in zich verenigd hebben en vormen van zeldzame schoonheid zijn.

Dit zal voor vandaag voldoende zijn, maar ik zou graag de denkbeelden die later tot uitdrukking moeten komen, in hoofdlijnen aangeven. Wij zullen ons bezighouden met het gebruik van vormen om speciale resultaten te verkrijgen; ofschoon het niet in mijn bedoeling ligt zulke vormen uit te werken of te bespreken, wil ik ze voor u in groepen onderbrengen, opdat de Leraar later, wanneer Hij zich onder de men- sen beweegt, overal een redelijk begrip onder de studerenden vinden mag.

1.    Vormen gebruikt bij het werk op de drie lichamen.

2.    Vormen op bepaalde stralen. [154]

3.    Vormen gebruikt bij genezen.

4.    Mantrams.

5.    Vormen gebruikt in een van de drie afdelingen:

a.    De Afdeling van de Manoe.

b.    De Afdeling van de Wereldleraar of de Christus.

c.    De Afdeling van de Heer van Beschaving.

6.    Vormen om elementalen op te roepen.

7.    Vormen om contact te krijgen met de deva’s.

8.    Speciale vormen die in verband staan met Vuur.

11 augustus 1920

...Perioden van lichamelijke zwakte zijn slechts van waarde omdat zij de werker de absolute noodzakelijkheid aantonen een sterk lichaam op te bouwen, wil hij in staat zijn veel tot stand te brengen, en dat een goede gezondheid van belang is voor- dat de discipel op het Pad voorwaarts kan gaan. Wij kunnen hen die wij onderricht geven, niet toestaan bepaalde dingen te doen, noch hen langs bepaalde richtlijnen leiden, tenzij hun stoffelijk voertuig in goede vorm is en tenzij de belemmering van een slechte gezondheid en ziekte zeer gering is en het karma van moeilijkheid door ongevallen nagenoeg geheel in het persoonlijke leven uit de weg is geruimd. Zo nu en dan wordt een leerling bij het nationaal karma of het groepskarma betrokken, wat de plannen enigszins in de war stuurt, maar dit is niet te vermijden en kan zelden worden geneutraliseerd.

 

3. Het Gebruik van de Specifieke Vormen voor Specifieke Doeleinden

Tot nu toe hebben wij ons voornamelijk beziggehouden met de persoonlijke aspecten van meditatie en de twee typen in ogenschouw genomen die feitelijk universeel en fundamenteel zijn; kort samengevat hebben wij bestudeerd:

•      de Meditatie zoals zij door de mysticus wordt gevolgd en

•      de Meditatie zoals zij door de occultist wordt beoefend.

Wij hebben grotendeels gegeneraliseerd en nergens op enigerlei wijze getracht in bijzonderheden te treden, omdat het [155] in dit stadium noch wenselijk noch goed is. Desalniettemin kan de Leraar op een bepaald punt in de meditatie aan de ernstige leerling instructies geven waardoor hij in mentale stof en onder bepaalde voorschriften vormen kan opbouwen die tot speciale acties en reacties zullen leiden, tenminste wanneer de leerling de gewenste vorderingen heeft gemaakt, bepaalde speciale stadia doorlopen en bepaalde doeleinden bereikt heeft (wat kan worden vastgesteld door een onderzoek van het oorzakelijk lichaam van de leerling) en wanneer een grondslag is gelegd voor een juist leven dat niet gemakkelijk aan hevige stoornissen noch aan aantasting onderhevig zal zijn, waardoor het in de war gebracht of vernietigd kan worden. Die vormen zullen geleidelijk worden meegedeeld en het kan zijn dat bij tijden (vooral in het begin) de leerling zich niet in het minst bewust is van de verkregen resultaten. Hij zal aan de bevelen gehoorzamen, de hem meegedeelde woorden uitspreken of de aangegeven formules verwerken, en de bereikte resultaten kunnen hun werk doen zelfs al is de leerling zich van dit feit niet bewust. Later — vooral na inwijding, wanneer de fijnere hoedanigheden tot activiteit komen en de centra op vierdimensionale wijze wentelen — kan hij zich bewust worden van de uitwerking van zijn meditatie op het emotie- en mentaalgebied.

Wij bemoeien ons nooit met de resultaten. Stipte gehoorzaamheid aan de wet en bestendig trouw blijven aan de voorgeschreven regels met bekwaamheid bij het uitvoeren ervan is wat de verstandige leerling te doen staat. De resultaten zijn dan zeker en brengen geen karma met zich mee.

...Laten wij de vormen in volgorde bespreken, maar eerst zou ik u een waarschuwing willen geven. Het ligt niet in mijn bedoeling de vormen te beschrijven of speciale instructies te geven hoe de aangeduide resultaten kunnen worden bereikt. Dat zal later worden gedaan, maar wanneer kan ik niet zeggen. Veel hangt af van het werk dat in de eerstvolgende zeven jaren zal worden verricht, of van het groepskarma, evenals van de vooruitgang niet alleen van de menselijke hiërarchie, maar evenzeer van de evolutie van de deva’s of engelen. Het geheim van dit alles ligt verborgen in de zevende straal van Ceremonie en het tijdstip voor de eerstvolgende stap voorwaarts zal [156] worden gegeven door de zevende Planeetlogos die samenwerkt met de drie Grote Heren, speciaal met de Heer van de derde afdeling.

Vormen gebruikt bij het Werk op de drie Lichamen

Deze vormen zullen de eerste zijn die onthuld worden, en u hebt reeds in ver- schillende meditaties, op aanraden van de wijze Leiders van het mensdom, enige van de kleinere grondlijnen gekregen, die bestemd zijn om op het lagere denkvermogen in te werken. Deze vormen zullen gebaseerd zijn op de speciale behoeften van elk lichaam en zullen trachten, door de stof te hanteren, datgene op te bouwen wat nodig is om in de leemte te voorzien en op die wijze het tekort aan te vullen. Eerst zal op de etherische stof van het stoffelijk lichaam worden ingewerkt door ademhalingsoefeningen (in en uitademing) en door bepaalde ritmische stromingen, teweeggebracht op het mentaalgebied en van daaruit voortgestuwd naar het lagere etherisch gebied. Het etherlichaam zal op die wijze worden versterkt, gereinigd, gezuiverd en herschikt. Veel van de ziekten van het grofstoffelijk lichaam hebben hun oorsprong in het etherlichaam en hieraan moet zo vroegtijdig mogelijk aandacht worden geschonken.

Het emotielichaam zal eveneens door speciale vormen worden bewerkt, en wanneer de leerling de hoedanigheid van het onderscheidingsvermogen sterk heeft aangekweekt, zodat het een werkzame factor in zijn leven is geworden, dan zullen hem deze vormen geleidelijk worden meegedeeld. Niet voordat hij echter enigszins onderscheid kan maken tussen het werkelijke en het onwerkelijke en zijn gevoel voor proportie op verstandige wijze heeft aangepast, zal het emotiegebied voor hem een slagveld zijn en geen terrein voor proefnemingen. Laat mij het soort werk toelichten dat deze vormen, die op emotionele stof inwerken, tot stand zullen brengen. Het doel van de leerling die het Pad betreedt, is een emotielichaam op te bouwen dat, samengesteld uit stof van de hogere ondergebieden, helder en gevoelig is, in staat om nauwkeurig over te brengen, en dat [157] gekenmerkt wordt door een standvastige trilling, een geregelde ritmische beweging en dat niet vatbaar is voor heftige beroeringen en zenuwslopende gevolgen van onbeheerste gevoelens. Wanneer het idealisme op een hoog plan staat, wanneer het percentage van de stof van de twee hogere ondergebieden enigszins de verlangde vorm benadert en wanneer de leerling feitelijk voortdurend beseft dat hij niet zijn voertuigen is maar inderdaad de goddelijke bewoner daarin, dan zullen hem bepaalde dingen worden meegedeeld, die — wanneer hij ze zorgvuldig opvolgt — twee dingen zullen doen:

•              Zij zullen rechtstreeks op zijn emotielichaam inwerken, vreemde of lagere stof eruit verdrijven en zijn trilling stabiliseren.

•              Zij zullen van gevoelsstof een lichaam of vorm opbouwen, die hij voor be- paald werk kan gebruiken en kan toepassen als zijn voertuig, om resultaten te bereiken die deel uitmaken van het louterend en opbouwend werk van het gevoelslichaam. Dit is alles wat ik ervan kan zeggen, maar het kan die- nen om de soort vorm waarop ik doel, te laten zien.

Straalvormen

Dit is een zeer belangrijk en uitgebreid onderwerp, maar het kan alleen in algemene termen worden aangeduid. Bepaalde vormen, opgebouwd op het getalsaspect van de verschillende stralen, zijn het speciale eigendom van die stralen en belichamen hun meetkundige betekenis, waardoor hum plaats wordt aangetoond in het stelsel. Sommige van deze vormen, die behoren tot de concrete of opbouwende stralen, vormen de weg van de minste weerstand voor de occultist, terwijl andere vormen, die behoren tot de abstracte of eigenschapsstralen,   gemakkelijker worden gevolgd door de mysticus.

Deze vormen zijn voor drie doeleinden:

a.            Zij brengen de leerling in rechtstreeks contact met zijn eigen straal, hetzij de ziele  of de persoonlijkheidsstraal.

b.            Zij verbinden hem met zijn groep op de innerlijke gebieden, hetzij de groep van dienaren, de groep van onzichtbare helpers, of later met zijn zielen- groep. [158]

c.            Zij zorgen ervoor dat het occulte en het mystieke pad in het leven van de leerling ineenvloeien. Mocht hij op het mystieke pad staan, dan zal hij gaan werken met de vormen op de aspectstralen en op die wijze kennis vergaren over de vormzijde van de natuur — de zijde die onder de wet werkt. U kunt dit omkeren in het geval van de mens met een occulte aanleg, totdat de tijd aanbreekt dat alle paden ineenlopen en alle vormen voor de ingewijde aan elkaar gelijk zijn. U moet er zich rekenschap van geven dat op dit punt van samenkomst een mens altijd eerst werkt op zijn eigen straal wanneer hij de persoonlijkheid te boven is gekomen en de zielentoon gevonden heeft. Hij hanteert dan stof van zijn eigen straal en werkt door middel van zijn eigen straalvormen met hun zes typerende onderstraal-vormen totdat hij er een adept in is en het geheim van synthese kent. Deze vormen worden aan de leerling onderwezen door de Leraar.

U zult ondervinden dat, ofschoon ik maar weinig over dit onderwerp heb mee- gedeeld, het door mij gegevene toch, indien u erover nadenkt, veel omvat. Het kan degenen die het op verstandige wijze in zich opnemen, de sleutel geven waarnaar zij zoeken voor hun eerstvolgende stap vooruit. Ik kan op dit onderwerp waarschijnlijk terugkomen en er enigszins dieper op ingaan wanneer wij het onderwerp behandelen hoe wij toegang tot de Meesters kunnen verkrijgen door middel van meditatie.

Vormen gebruikt bij Genezen

Nu wij deze vormen gaan bespreken, moeten wij er vooral aan denken dat zij noodzakelijkerwijs  zullen worden gerangschikt in drie groepen, terwijl elke groep weer allerlei onderverdelingen omvat.

a.     Vormen voor het gebruik bij stoffelijke genezing. U zou er versteld van staan hoe zelden deze vormen worden verlangd en hoe weinig in aantal er daarom zijn. De oorzaak daarvan is dat er zeer weinig ziekten van het grofstoffelijk lichaam in dat lichaam zelf ontstaan. Enkele ontstaan direct in het ether- lichaam, maar in dit evolutiestadium ontstaan de meeste storingen in het emotielichaam en de rest in het mentaallichaam. Wij zouden kunnen generaliseren en zeggen dat: [159]

       .       25% van de menselijke kwalen in het etherlichaam ontstaan.

       .       25% in het mentaallichaam.

       .       50% heeft zijn oorsprong in het emotielichaam.

.       Ofschoon er zich ongelukken kunnen voordoen die tot onverwacht lichamelijk onheil kunnen leiden en waarvoor vormen voor genezing kunnen worden gegeven, zal toch de verstandige onderzoeker onderkennen dat de vormen die het etherlichaam beroeren het oorspronkelijk punt van uitgang kunnen zijn. Deze vormen, opgebouwd in meditatie, zullen direct inwerken op de pranische kanalen die door het etherlichaam als geheel gaan, dat ingewikkelde web dat zijn tegenhanger heeft in het circulerend stelsel van het grofstoffelijk lichaam. Zij zijn de plaats van veel van de tegenwoordige ziekten in dat lichaam, hetzij direct of door oorzaken ontstaan op het emotiegebied met een terugwerking op het etherisch gebied.

      b.      Vormen om het emotielichaam te genezen. Er zijn, zoals ik al zei, veel van de tegenwoordige ziekten toe te schrijven aan oorzaken ontstaan in het emotielichaam,          waarvan drie de voornaamste zijn. Ik wil erop wijzen, dat ik slechts hoofdlijnen en algemene aanduidingen geef.

•      Hevige emoties  en onstandvastige  trilling.  Dit heeft, indien eraan wordt toegegeven, een ondermijnende uitwerking en brengt het zenuwstelsel in de war. Indien onderdrukt en verdrongen, is de uitwerking ervan even gevaarlijk, met als gevolg een ziektetoestand van de lever, galaanvallen, terwijl vergiftiging kan optreden die in het lichaam wordt opgewekt en een uitweg vindt in bepaalde verschijnselen van bloedvergiftiging, huidziekten en in sommige vormen van bloedarmoede.

•      Angst en voorgevoelens, zorgen en wanhoop. Deze soort van emoties — zo algemeen voorkomend — heeft een algeheel verzwakkende uitwerking op het lichaamsgestel en leidt tot verlies van levenskracht, een vertraagde werking van de organen en tot veel vormen van verborgen ziekten van het zenuwstelsel, van de hersenen en van de ruggengraat. [160]

•      Seksuele emoties, die een zeer uitgebreid terrein van gevoelens beslaan, en die zich uitstrekken vanaf de onderdrukte seksuele emotie, die nu door onze psychologen wordt bestudeerd, tot aan de ongure misdadige emotie die haar uitdrukking vindt in hevige orgieën en losbandigheid. Nog meer gegevens zouden hier verzameld kunnen worden, maar ik schrijf geen brieven over genezing, maar brieven over meditatie, zodat ik hier niet verder op in zal gaan.

Bij de vormen, in deze drie gevallen gebruikt, zal aandacht worden geschonken aan de oorzaak van de stoornis, aan het gebied waar deze ontstaat en aan de gevolgen voor de lagere lichamen of het stoffelijk lichaam. Bij het geven van vormen zullen verschillende bedoelingen naar voren komen. Waar de stoornis bijvoorbeeld berust op een verdrongen emotie, zal de uitwerking van de vorm (indien juist gevolgd) moeten zijn dat de emotie omgevormd en opwaarts gericht wordt. Wanneer, door een juist gebruik, het gevoelslichaam van emotionele verstopping gezuiverd is, zul- len de leven gevende krachten van het Ego en die van het pranisch leven, dat overal beschikbaar is, vrijkomen. Zij kunnen dan gemakkelijk circuleren, terwijl zij de li- chamelijke veerkracht verhogen en alle organen die door de innerlijke verstopping leden, zuiveren.

a.    Vormen bij mentale genezing. Deze zullen voor de meerderheid van u veel onbekender zijn; mentale ziekten zijn in feite veel moeilijker te genezen dan de twee                    andere. Dit is aan twee oorzaken toe te schrijven; één ervan ligt in het feit dat het mensdom als geheel nog niet gericht is in het mentaallichaam. Het is altijd veel                      gemakkelijker contact te maken met een lichaam en het te behandelen wanneer het de zetel is van het centrum van bewustzijn. Doordat het emotielichaam eveneens                  soepeler is, is het ontvankelijker voor indrukken. Ik kan vandaag niet uitweiden over de ziekten van het mentaal- lichaam, behalve door erop te wijzen dat deze oorzaken            kunnen ontstaan in het mentaallichaam zelf als karmische erfenis of hun oorsprong kunnen hebben in het emotiegebied en hun terugslag vinden in het mentaallichaam.              Neem, bij voorbeeld, [161] iemand die ontvankelijk is voor een of andere he- vige emotionele beroering. Dit kan — wanneer het voortduurt — een overeenkomende                trilling in het mentaallichaam  teweegbrengen.  Deze trilling kan zich op haar beurt als het ware bestendigen en door de wisselwerking van deze twee lichamen kunnen er ernstige ziekten uit voortkomen. Deze ziekte kan door vele stadia gaan vanaf een algemene verbittering van de persoonlijkheid, zodat de mens zich laat kennen als een ongelukkig, onaangenaam individu, tot aan bepaalde hersenziekten, waaruit krankzinnigheid, hersen  of kankergezwellen in het hoofd kunnen voortkomen.

Voor al deze ziekten kunnen vormen van meditatie worden gevonden die — in- dien tijdig toegepast — ten slotte de ziekte kunnen verdrijven. Wat men hier moet begrijpen, is het fundamentele feit dat, alleen wanneer de leerling een intelligent begrip heeft van de op hem inwerkende stoornis of stoornissen, alleen wanneer hij de bekwaamheid heeft nauwgezet de aan hem meegedeelde formules op te volgen en alleen wanneer zijn oogmerk onzelfzuchtig is, hem deze vormen zullen worden toevertrouwd. Wanneer zijn beweegreden is zichzelf toe te rusten voor dienstbetoon, wanneer hij streeft naar het verkrijgen van gezonde voertuigen alleen maar om beter het plan van de Groten uit te voeren en wanneer hij niet ziekten wil ontvluchten voor zijn eigen persoonlijk voordeel, dan alleen zullen de formules meegedeeld en de instructies gegeven worden. Deze formules werken in verband met het zielenbewustzijn. De neerdaling van het leven vanuit de innerlijke God vormt gezonde voer- tuigen, en pas wanneer de persoonlijkheid is opgegaan in het Ego en de gerichtheid zich vanuit het lagere naar het hogere heeft verplaatst, wordt het werk mogelijk. Die tijd nadert nu voor velen, en vorderingen in die nieuwe medische faculteit — gebaseerd op denken — kunnen worden verwacht. Vormen in meditatie zijn slechts vormen in denkstof, zodat het u duidelijk zal zijn dat een algemeen begin is gemaakt.

Nog één aanwijzing wil ik hier geven: Door middel van de verschillende centra van het lichaam — die zeven centra [162] waarmee de leerling te maken heeft zal de kracht komen om het daarmee overeenkomende stoffelijk centrum te helen. Naar- mate de centra worden bezield, zullen bepaalde stoffelijke gevolgen aantoonbaar zijn en door speciale vormen die op en door de centra werken, zullen resultaten komen die licht kunnen werpen op deze onbekende geneeswijze door middel van de ijle lichamen.

Mantrische Vormen

12 augustus 1920

Wij moeten vandaag de bespreking voortzetten over de vormen die te eniger tijd algemeen zullen worden gebruikt door degenen die occulte meditatie bestuderen. Wij hebben drie van de vormen behandeld en er blijven er dus nog vijf over die wij moeten bespreken.

Mantrische vormen zijn verzamelingen van zinnen, woorden en klanken die door de kracht van een ritmisch effect resultaten tot gevolg hebben die zonder dat niet mogelijk zouden zijn. Deze mantrische vormen zijn te talrijk om ze hier te bestuderen; laat het voldoende zijn enigszins de soorten van mantrams aan te geven die in gebruik zullen komen, of nu in gebruik zijn bij de bevoorrechten die ze mogen gebruiken.

Er zijn mantrische vormen die geheel gebaseerd zijn op het Heilig Woord. Deze brengen, ritmisch uitgesproken en op een bepaalde toonhoogte, bepaalde gevolgen teweeg, zoals het aanroepen van beschermende engelen; zij leiden tot bepaalde resultaten, hetzij objectief of subjectief. Deze vormen of mantrams zijn veel meer in zwang bij de oosterlingen en de oosterse godsdiensten dan op het ogenblik bij de westerlingen. Wanneer de kracht van het geluid beter zal worden begrepen en de uitwerking ervan bestudeerd wordt, zullen de mantrams in het westen worden aan- genomen.

Enkele mantrams zijn zeer oud en wanneer zij in het oorspronkelijke Sanskriet worden uitgesproken, hebben zij ongelofelijk machtige gevolgen. Zij zijn zo machtig, dat het niet is toegestaan ze [163] bekend te maken aan de gewone studerende en ze alleen mondeling worden meegedeeld gedurende de voorbereiding voor inwijding.

Er bestaan enkele zeer esoterische mantrams in het oorspronkelijk Sensar die bewaard zijn gebleven in de kennis van de Broederschap uit de eerste dagen van de oprichting van de Hiërarchie. Zij werden door de Heren van de Vlam meegebracht toen Zij naar de aarde kwamen, en er zijn er slechts vijfendertig. Zij vormen de sleutel die de mysteriën van elk ondergebied van de vijf gebieden van menselijke evolutie ontsluit. De adept krijgt onderricht in het gebruik ervan en kan ze op de juiste plaats en onder bepaalde voorwaarden toepassen. Zij zijn de machtigste die op onze pla- neet bekend zijn, en hun gevolgen zijn verreikend. Zoals u weet, reageert de trilling op elk gebied op een verschillende toon en op een bepaalde toonhoogte; haar stof wordt gehanteerd en haar stroom afgetapt door de klank van bepaalde woorden op een speciale wijze en op een speciale toon. Wanneer de klank zodanig weerklinkt, betreedt de adept het bewustzijn van dat gebied en alles wat dit bevat. Alle mantrams, in welke taal ook, zijn daarop gebaseerd, zelfs die welke zover verwijderd zijn en zo verschillend, dat ze praktisch nutteloos zijn.

Enkele van deze oorspronkelijke mantrams worden bij bijzondere gelegenheden of wanneer de vereende kracht van de Loge wordt vereist om verlangde doeleinden te bereiken, door de Broederschap gezamenlijk gezongen. Grote gebeurtenissen worden ingeleid door het doen klinken van hun grondtoon, vergezeld van de daartoe geëigende woorden; ieder wortelras heeft zijn mantrisch akkoord, dat bekend is aan hen die met rassen werken.

Bovendien zijn er, zoals u weet, bepaalde mantrams in het Sanskriet die door hen die meditatie bestuderen, gebruikt worden om de aandacht van een of andere Meester tot zich te trekken. Deze mantrams worden aan hun discipelen meegedeeld en door middel daarvan wordt de aandacht van de Meester getrokken en zijn hulp ingeroepen. [164]

Andere en grotere formules worden soms meegedeeld, waardoor contact kan worden gemaakt met de drie Grote Heren om hun aandacht in een speciale richting te trekken.

Wanneer een mantram op de juiste wijze klinkt, wordt er in de stof een lege ruimte geschapen, die lijkt op een luchtkoker. Deze luchtkoker wordt gevormd tus- sen degene die de klank voortbrengt, en degene die de klank opvangt. Er wordt dan een rechtstreeks verbindingskanaal gevormd. U zult dan ook begrijpen waarom deze vormen zo zorgvuldig bewaakt en de woorden en toonhoogten verborgen gehouden worden. Een niet deskundig gebruik ervan zou slechts onheil kunnen stichten. Er moet een bepaald punt in evolutie en een enigszins overeenkomstige trilling bereikt zijn, voordat de leerling het voorrecht wordt toegekend de bewaker te worden van een mantram waardoor hij zijn Meester kan oproepen.

Ook zijn er zeven mantrams die bekend zijn aan de drie Grote Heren en de Hoof- den van de Hiërarchie, door middel waarvan Zij de zeven Planetaire Logoi of de zeven "Geesten voor de Troon", zoals Zij in de christelijke bijbel worden genoemd, kunnen oproepen. Een van deze mantrams, die een contact met de Logos van onze planeet teweegbrengt, is echter ook aan de adepten bekend. Zo wordt de toonladder bestegen en de Woorden worden verklankt, totdat wij de mantram van onze planeet bereiken die op de grondtoon van de Aarde is gebaseerd en die een zin belichaamt die onze evolutie omvat. Elke planeet heeft een of andere toon of woordverbinding waardoor haar leiders contact kunnen maken met hun Planeetlogos. De zeven Logoi hebben op hun beurt het Hun ter beschikking staand ritueel of de vorm door middel waarvan Zij met de drievoudige Heer van het Zonnestelsel in verbinding kunnen treden. Dit gebeurt altijd viermaal per jaar of wanneer een dringende behoefte eraan zich voordoet.

Eenmaal per jaar gebruikt de gehele Hiërarchie een samengestelde mantram waardoor een vacuüm wordt geschapen tussen de hoogste en laagste leden van die Hiërarchie en omhoog via de zeven Planeetlogoi — tot aan de Logos zelf. Het ken- merkt [165] het ogenblik van de sterkste geestelijke inspanning en bezieling gedu- rende het jaar en de uitwerking ervan laat zich gevoelen door alle daartussen liggen- de maanden heen. De uitwerking is kosmisch en verbindt ons met ons kosmisch centrum.

Straalmantrams. Iedere straal heeft zijn eigen formules en klanken die een krachtige uitwerking hebben op de in die stralen verzamelde eenheden. Het gevolg van het verklanken ervan door degene die meditatie bestudeert, is drievoudig:

1.    Hij wordt verbonden en op één lijn gebracht met zijn hoger Zelf of Ego.

2.    Hij wordt met zijn Meester in contact gebracht en door die Meester met een van de Grote Heren afhankelijk van de straal.

3.    Hij wordt in verbinding gebracht met zijn zielengroep en allen worden tot een samengesteld geheel gebundeld, trillend op een en dezelfde toon.

Deze mantrams zijn een van de geheimen van de laatste drie inwijdingen en mogen voor die tijd niet door de leerling zonder vergunning in klank worden gebracht, ofschoon        hij zo nu en dan mag deelnemen aan het zingen van de mantram onder leiding van zijn Meester.

Mantrams of formules van woorden, gezongen door de leerling, die een directe uitwerking hebben op een van de drie lichamen. Deze mantrams zijn reeds algemeen in gebruik in de diensten van godsdienstige groepen in alle landen, ofschoon op een zeer verwrongen wijze. In het ritueel van de kerk wordt er enig licht op geworpen... De in de vrijmetselarij gebruikte wachtwoorden — ofschoon nu feitelijk waardeloos — zijn gebaseerd op het gebruik van mantrams; wanneer er echter op enig moment een Ingewijde het Hoofd is van al deze organisaties (zoals de vrijmetselarij, verschillende esoterische genootschappen en godsdienstige groepen) zullen de oude mantrams in hun zuivere vorm aan de volkeren worden teruggegeven. [166]

Er worden ook mantrams gebruikt om te genezen en voor het ontwikkelen van bepaalde psychische vermogens. Enkele mantrams hebben een directe uitwerking op de centra van het lichaam en zullen later onder leiding van de Meester worden gebruikt voor het verhogen van de trilling, om een vierdimensionale beweging te veroorzaken en voor de algehele bezieling van het centrum.

Nog andere mantrams werken op het verborgen vuur, maar deze zal ik later bespreken. Er zijn talloze oosterse boeken over dit onderwerp, dat zo omvangrijk is, dat ik de studerende waarschuw zich er niet teveel in te verdiepen. Het zou voor de werker in de wereld slechts verlies van tijd zijn. Ik heb dit onderwerp aangeroerd, omdat geen boek over meditatie volledig zou zijn zonder een verwijzing naar dat- gene wat te op enig moment alle voorafgaande meditaties zal vervangen. Wanneer het mensdom een bepaald ontwikkelingspunt heeft bereikt en wanneer het hoger denkvermogen zich meer doet gelden, zullen deze occulte mantrams — op de juiste wijze meegedeeld en op de juiste wijze uitgesproken deel uitmaken van het gewone leerplan van de studerende. Hij zal zijn meditatie beginnen door zijn straalmantram te gebruiken, waardoor zijn plaats in het stelsel wordt geregeld; hierna zal hij de mantram laten volgen die zijn Meester oproept en die hem in verbinding brengt met de Hiërarchie. Hij zal dan beginnen te mediteren met zijn daarvoor geschikt gemaakte lichamen en met het gevormde vacuüm dat dan als een middel van verbinding gebruikt kan worden.

Vormen gebruikt in een van de drie Afdelingen

13 augustus 1920

Wat ik vandaag heb mee te delen is van zeer groot belang, omdat ik het onder- werp van de vormen moet behandelen die gebruikt worden in de Afdelingen van de Manoe, de Wereldleraar en de Mahachohan of de Heer van Beschaving.

Deze drie Afdelingen vertegenwoordigen in de Hiërarchie de drie aspecten van de Logos zoals Hij zich openbaart in het [167] Zonnestelsel — het Aspect van Wil of Macht, het Aspect van Liefde en Wijsheid (het fundamenteel aspect voor dit stelsel) en het Aspect van Activiteit of Intelligentie. U kent door uw studies de werkzaam- heden van deze afdelingen.

•              De Manoe hanteert de stof en houdt zich bezig met de evolutie van de vorm, of dit nu de grofstoffelijke vorm is van een dier, een mineraal, een bloem, een menselijk wezen of een planeet, of de vorm van rassen, volkeren, deva’s of andere evoluties.

•              De Bodhisattva of Wereldleraar werkt met het zich ontplooiende leven in de vorm, met het inprenten van religieuze denkbeelden en met de ontwikke- ling van filosofische begrippen zowel in enkelingen als in rassen.

•              De Mahachohan, die de vier lagere stralen samenvat, houdt zich bezig met het denkvermogen of de intelligentie en regelt, in samenwerking met zijn Broeders, de ontplooiing van het denkvermogen door middel waarvan de Geest of het Zelf gebruik maakt van de vorm of het niet Zelf.