In het pre-industriële tijdperk was de vraag wie iemand was, zijn identiteit, minder gecompliceerd. Weinig mensen reisden ver van de gemeenschap waarin zij woonden, of hadden financiële of com­merciële zaken daar buiten; de gemeenschappen zelf waren kleiner; het aantal verschillende soorten acti­viteiten was beperkter, en kinderen gingen gewoon­lijk hetzelfde soort werk doen als hun ouders deden; kortom, de maatschappelijke structuur was meer uni­form, en het aantal verschillende rollen waarmee ie­mand zich kon identificeren en bekleden - ouder, buurman, arbeider enz. - beperkter. Dit soort maat­schappelijke structuur kan men tot op zekere hoogte nog vinden in meer geïsoleerde en minder geïndustrialiseerde delen van de wereld.

Met de komst van de geïndustrialiseerde econo­mie begon deze eenvoudiger structuur te versplinteren. De mobiliteit nam toe; sommige gemeenschap­pen werden groter; er ontstonden nieuwe soorten werk. En met deze veranderingen kwam een grotere druk op de identiteit van de individuele persoon, daar het aantal functies dat één persoon in zijn leven naar verwachting kon vervullen groter werd - bv: lidmaat­schap van een vakbond. En daar in de grotere steden mensen van verschillende geloofsovertuigingen zich met elkaar vermengden, kon het feit dat zij bekend raakten met verschillende levensstijlen en ideologieën sommigen ertoe leiden meer nadruk te leggen op een bepaald facet van hun identiteit, hetzij etnisch, gods­dienstig of maatschappelijk; terwijl anderen de toe­nemende diversiteit verwelkomde waardoor hun identiteitsbesef zich kon ontwikkelen en versoepelen.

Maar terwijl het tijdperk van kolen en olie de gelegenheden schiep om de identiteit buiten de tradi­tionele functies te verleggen, zijn deze effecten vrij­wel onbetekenend wanneer ze vergeleken worden met het tijdperk van de massa communicatie. Het 'wereld­dorp' is nu voor het grootste deel van de mensheid een levende ervaring; en allerlei, soorten telecommunicatie blijven toenemen, en brengen ons steeds meer in nauwer contact met elkaar. Het wordt steeds moeilijker iets niet te weten van vrijwel alles wat onder de zon gebeurt, van de eetgewoonten van afgelegen dorpsbewoners in de bergen tot de laatste ontdekkingen van de wetenschap. Blootgesteld aan deze enorme caleidoscoop die ons met steeds meer beelden van andere levenswijzen overlaad, is het niet verwonderlijk dat we gedesoriënteerd geraken en dat ons identiteitbesef onder deze toevloed wankelt. En velen voegen dan via Internet nog wat toe aan dit voortdurend veranderende panorama en breiden soms vervormend hun identiteit op nieuwe, verrassende manieren uit.

Televisie was koploper in de levensstijl en inte­resse van iedere mens. Maar nu heeft het Internet bewezen een belangrijke bron van informatie te zijn en wat belangrijker is, de voornaamste plaats voor nieuwe vormen van menselijk contact. Hoewel Inter­net niet het feit veranderd heeft dat wij communice­ren via onze stem en tekst, heeft het ons vele nieuwe variaties op deze thema's gegeven, van de eenvoud van e-mail via online amusementspelen en virtuele werelden, waar 3-dimensiale animatie voorstellingen van gebruikers - 'bezielers' - elkaar kunnen ontmoe­ten en samenwerken. Aldus werden de gelegenheden om rechtstreeks contact met allerlei soorten mensen te maken, en aldus de diversiteit van het menselijke karakter te ervaren, aanzienlijk uitgebreid.

Een explosie van diversiteit

In deze explosie van diversiteit is veel te verwel­komen, en dit is een feit dat helpt te verklaren waarom steeds meer mensen zo aanmerkelijk veel tijd online besteden. Natuurlijk brengt diversiteit soms minder welgekomen aspecten met zich mee, zoals de intole­rante uitersten van het politieke, godsdienstige, en maatschappelijke leven. Maar het Internet kan niet beschuldigd worden voor het op het scherm brengen van de minder aantrekkelijke eigenschappen van de mensen'- het houdt de wereld gewoonweg een nieuwe, betere spiegel voor, en door een licht te laten schij­nen op de donkerder zijde van de menselijke natuur, kan het enkele problemen van deze schaduwzijde helpen verhelderen en oplossen.

Maar zelfs wanneer men zich aan de positieve zijde van het Internet houdt ligt echter het geestelijke ge­vaar op de loer in de enorme diversiteit. Voor som­migen werkt deze variëteit als een bekoorlijk lok­middel, leidend tot een vrijwel eindeloze reeks zappen van de ene site of forum naar de andere. Uren, zelfs dagen, kunnen verdwijnen in een stroom muisklikken, daar de gebruiker gedompeld is in een soort cyber­samsara (op de informatiestroom van de computer meedrijven), een eindeloos ronddraaiend wiel met informatie en beelden die altijd alleen maar naar el­kaar verwijzen, maar nooit naar een eindpunt. Ver­slaafd worden aan het Internet, of aan een onderdeel ervan, kan een beroepsgevaar zijn voor hen, wier werk daar mee te maken heeft. De prominente Inter-net-ondernemer en activist Joi Ito b.v. heeft zijn toenemende belangstelling te boek gesteld in World of Warkraft1 (Wereld van Krijgskunst), een online rollenspel waarin een groot aantal spelers (het spel heeft meer dan 5 miljoen abonnees) op hetzelfde moment met elkaar in verbinding kunnen staan.

Zulke verslavingen kunnen, in zeldzame geval­len, zelfs fataal blijken te zijn - er wordt verteld, dat een Japans meisje gestorven is nadat zij verschillende dagen zonder onderbreking World of Warkraft had gespeeld.2 In haar tragische geval werd haar identi­teit in de werkelijke wereld offline (uitgeschakeld) en duidelijk minder belangrijk voor haar dan haar online (ingeschakelde) identiteit binnen het spel. Door haar gevoel van wie ze was uit te breiden naar een fictief karakter, heeft ze zichzelf ongewild en onbewust ver­strikt in de nieuwe uitbreiding. Voor haar was het dit één nieuwe persoon - andere mensen raakten mis­schien niet door één nieuw personage verstrikt, maar door de verscheidenheid aan dingen die zij kunnen doen wanneer zij inloggen, waarbij zij afwisselend, dringend nieuws willen raadplegen; een online amusementsspel willen doen; een forum medewerking willen geven; willen deelnemen aan de babbelbox; een e-mail willen verzenden, enz. . Elk van deze verschillende activiteiten kan rond meerdere interesse­gebieden draaien, en de uitbreiding van identiteit in verschillende richtingen met zich meebrengen. Soms kan fantasie over iemands identiteit zich verleggen in gebieden buiten het spel. Dat kan onschuldig genoeg beginnen, door zichzelf een grappige of buitenissige gebruikersnaam te geven, en/of lichtelijk over zijn interesses te overdrijven. Maar daar het voor ande­ren moeilijk is iemands offline te checken is de ver­leiding om de waarheid te verfraaien overeenkomstig groter; en wat als een ongevaarlijk vermaak begon kan zo tot misleiding vervallen.

Aan het andere einde van dit spectrum van mislei­ding hebben de media ons attent gemaakt op het po­tentiële gevaar van pedofielen, die kinderen er met 'een smoesje toe krijgen hen offline te ontmoeten, door in babbelboxen in te loggen en zich als kinderen voor te doen. Gelukkig zijn de meeste gevallen om de iden­titeit online beter voor te stellen of te vervalsen min­der ernstig dan dit; toch onderstreept elk van hen het gevaar om zijn greep op de wereld buiten het scherm te verliezen. Het Internet kan als een heel groot ge­maskerd bal lijken, waar men zich gemakkelijker uit­leeft in betoverende fantasie dan er buiten. Het zelf in teveel richtingen uitbreiden kan paradoxaal leiden tot een verlies van de kern van zijn identiteit - het "Ik" in het centrum wordt verduisterd door een me­nigte virtuele "iks", fantoom fragmenten die niet meer aaneengevoegd kunnen worden.

Sommigen vragen zich wellicht af of dit iets is om zich zorgen over te maken - inderdaad, deze ineenstorting van een gecentraliseerd zelf wordt in het post­modernisme als vrijwel onontkoombaar beschouwd. Maar vanuit geestelijk perspectief is alles wat het zelf dwingt zich te sterk met de materiële, emotionele en mentale gebieden te identificeren riskant - en door de aandacht van het zelf naar myriaden punten van tij­delijke identificatie te laten zuigen kan het Internet zeer zeker dit gevaar opleveren.

Toch kan men dit gevaar vermijden, en kan het Internet een volledig positief voertuig worden om iden­tificatie met de mensheid uit te breiden, zonder zijn hart te verliezen. Een voorname factor hierbij is het doel waarvoor het wordt gebruikt. Als wij ons ten doel stellen onze kennis van andere culturen en le­venswijzen te vergroten, de vele uitdagingen willen waar mensen over de hele wereld voor gesteld zijn, en uit te vinden hoe deze uitdagingen aangepakt kunnen worden, fungeert het Internet als een portaal naar een ruimere en diepere gewaarwor­ding van wat het betekent mens te zijn. Door online het werk van de VN en de Ngo’s te onderzoeken kan men creatieve manieren vinden om te dienen en kunnen we er ook toe geïnspireerd worden om ons erbij aan te sluiten. Wanneer het brandpunt van onze aandacht van plezier naar dienst verschuift, neemt de wereld een ander v6ôrkomen aan en wordt het Inter­net niet geopenbaard als een verwarrend doolhof, maar als een smeltoven van. verenigde gedachten en da.- den. Hoe meer wij het op die manier leren gebruiken, des te beter zijn de kansen voor de mensen om tenslotte uit de huidige periode van spanning en moei­lijkheden naar een wereld van eerlijk delen en juiste verhoudingen te gaan.

1. Zie joi.ito.com/archives/2005/09/28/world_of_warcraft_update.html
2. Zie bijvoorbeeld www.theinquirer.net/?article=27466

Houd contact

Wereld Goede Wil in Sociale Media