Wij leven in een wereld die wemelt van regels en voorschriften, terwijl de menselijke geest tegelijkertijd smacht naar grotere vrijheid van uitdrukking. Hoe wij deze twee tegengestelde factoren in overeenstemming brengen blijft een van de grote vraagstukken van onze tijd. Om de Romeinse historicus Tacitus aan te halen: “Hoe corrupter de staat, hoe meer wetten er zijn” – een interessante gedachte om over na te denken in verband met de ingewikkeldheid van uit de grond schietende rechtsgeldige systemen van de moderne maatschappijen.

Hoewel er veel corruptie is, is deze ingewikkeldheid ook het bewijs van andere verschijnselen. De kinetische energie van het menselijke ras neemt ingrijpend toe naarmate zijn mentale en emotionele vermogens zich ontplooien. Het menselijke vernuft lanceert voortdurend nieuwe ideeën en initiatieven en die moeten allemaal gereguleerd worden om ervoor te zorgen, dat zij niet de rechten van anderen schenden. Op hun beurt worden deze rechten voortdurend opnieuw gedefinieerd, wat weer tot nieuwe wetten, regels en voorschriften leidt. Totdat de hogere, spirituele vermogens van het menselijke ras zich ontplooien en beheersing over de gedachten, gevoelens en handelingen krijgen, zijn ingewikkelde, door de mens gemaakte wetten noodzakelijke voorschriften, gewoon om iets te handhaven wat op een burgerlijke orde lijkt.

Niet verbazingwekkend is echter, dat de toenemende ingewikkeldheid van wet en orde parallel loopt met een verzet tegen alle soorten autoriteit. In technologisch ontwikkelde landen is de stem van de openbare mening beter geïnformeerd, zeker van zichzelf en bijgevolg luider, wat in de meeste gevallen tot een grotere democratisering van de maatschappij leidt. Maar daarnaast heeft het vechten voor minder belangrijke persoonlijke rechten en winstbejag bijgedragen tot een buitensporige aandacht voor de letter van de wet met zijn verstikkende effecten op de maatschappij. Een verbijsterend aantal geboden en verboden zijn nu vastgelegd in een wet, die zich met betrekkelijk minder belangrijke thema’s en overtredingen bezig houdt, terwijl de grotere misdaden vaak ongestraft blijven door handige manipulatie van de wet. Evenals de wet ingewikkelder wordt, zo wordt dat ook het vermogen om de ene wet tegen de ander uit te spelen en misdrijven via clausules, achterdeurtjes en verwarring te verdedigen.

Dit alles is misschien te verwachten op de “ontmoetingsplaats” tussen het oude tijdperk van de bevoorrechte weinigen en het nieuwe tijdperk van universele rechten, dat wij binnengaan. Mogelijk is het een tijdelijk neveneffect van het enorme bevrijdingsproces dat wereldwijd plaats vindt, nu de mensen opstaan om de autoriteit, corruptie en  ongerechtigheid aan te pakken. In ondemocratische landen is dit een grote oorzaak om zich over te verheugen en wij moeten inderdaad de getoonde moed bewonderen. Maar in de democratieën van de wereld, zouden vrijheden, die verworven zijn door eeuwen van lijden, conflicten en heldhaftig streven, onderdrukt kunnen worden door het verraderlijke binnensluipen van een tijdperk van wetgeving.

Een aantal eeuwen geleden heeft de filosoof Jeremy Bentham opgemerkt: “elke wet is een inbreuk op vrijheid”. Maar de enige ontsnapping uit deze situatie is het besef, dat ware vrijheid alleen gevonden wordt wanneer er actief naar gezocht wordt door anderen te dienen. In de woorden van Alice Bailey: “het idee vrijheid kan op zich al een gevangenis zijn. Er zijn nergens vrije zielen behalve die, welke uit vrije keus zichzelf gevangen zetten en zich in en door de wet van dienst vinden”. Als wij de menselijke geest niet willen kruisigen door hindernissen in de letter van de wet, moeten wij meer in de geest ervan leven en dienen onze gedachten en daden ten behoeve van de mensheid te zijn, niet alleen voor onszelf. Onze daden moeten geleid worden door een grote wet van liefde – dat aantrekkelijke beginsel in het universum waardoor juiste verhoudingen op alle niveaus van manifestatie opgebouwd en ondersteund worden. Alleen door juiste verhoudingen kan de liefde van God onbelemmerd door heel de schepping stromen en kan ware vrijheid gevonden worden.

Godsdienstige en filosofische leringen hebben ons spirituele wetten voorgezet waarmee wij ons leven moeten leiden. Wij hebben het uitdrukkelijke bevel van Christus om “elkaar lief te hebben”, en het bekende Edele Achtvoudige Pad van de Boeddha voor juist leven, juiste verhoudingen, juiste waarden, juiste aspiraties, juist spreken, een juist gedrag, een juiste manier van leven, juiste inspanning, juist denken en juiste vervoering bij vreugde. Sinds zij voor het eerst werden uitgesproken, zijn deze eenvoudige basisbeginselen nu van cruciaal belang geworden voor de toekomst van de mensheid en niet alleen een ideaal voor de individuele aspirant. Maar zijn ze te voor de hand liggend, te simpel voor de mensheid, om de kracht ervan in te zien als oplossingen voor wereldproblemen?

In wezen zijn de wetten van de mensen een weerspiegeling van spirituele beginselen, of zouden dat moeten zijn, een middel om veilig het vrijgelaten energiepotentieel van groepen mensen te bevatten, die deze energie organiseren en richten voor het gedeelde welzijn van allen. Daar de mensheid nog steeds leert het begrip “gedeeld welzijn” te waarderen als tegengesteld aan het begrip “gevestigd eigenbelang”, wordt het organisatorische aspect steeds ingewikkelder om minderwaardige elementen te bevatten die het goede van de groep benadelen. Zolang individuele personen proberen meer van een groep te nemen dan zij er in brengen, worden anderen beroofd van een rechtvaardig aandeel van de groepsenergie; concurrentie, disharmonie, gebrek en tenslotte ziekte, zullen dan onvermijdelijk volgen – de “Tragedie van het Gewone Volk” is daar een belangrijk voorbeeld van.

Terwijl Tacitus de corruptie van de Romeinse staat zag in de hoeveelheid van zijn wetten, kijken wij rond en zien een heel andere trend in de vele internationale wetten en overeenkomsten van onze tijd. Achter de letter van deze overeenkomsten is de beweging naar integratie en groepsdelen duidelijk waarneembaar. In een wereld, waarvan de problemen globaal zijn, is er een toenemende erkenning van de noodzaak om alle rechten – van personen, naties en de ene mensheid – op dezelfde manier te omvatten. De noodzaak om samen te handelen bij gedeelde zorgen verschuift de wetten van juiste verhoudingen naar het voorste gelid van het menselijk bewustzijn. Temidden van de complexiteit van wereldaangelegenheden en het lijden van de volkeren zijn tekenen aanwezig dat de Mensheid aan het ontwaken is voor de geest van de ene grote wet – de eenvoudige wet om elkaar lief te hebben.

Houd contact

Wereld Goede Wil in Sociale Media