Nieuwsbrief 2020 #2: Problemen der Mensheid - Oplossingen voor de wereld Deel 2


In het tweede deel van onze beschouwingen over de grote problemen waarmee de mensheid wordt geconfronteerd, ligt de nadruk op de kwesties van de internationale eenheid; Kapitaal, arbeid en werkgelegenheid; en de minderheden. Al deze problemen zijn versterkt door de buitengewone wereldwijde omstandigheden die door de pandemie zijn ontstaan. Landen hebben moeite om hun oplossingen met elkaar te coördineren, zelfs binnen internationale groeperingen zoals de Europese Unie; de arbeiderswereld heeft op sommige gebieden een grote verschuiving gekend naar thuiswerk, terwijl andere industrieën bijna volledig zijn stilgelegd; en het probleem van de migratie, dat al zo ontvlambaar was, is nog controversiëler geworden in een wereld met gesloten grenzen. Dit is dus in zekere zin het perfecte moment om ons te richten op creatieve oplossingen voor deze kwesties die in het verleden zijn voorgesteld, en de nieuwere oplossingen die nu ontstaan als antwoord op deze wereldwijde crisis.

Deze drie probleemgebieden houden zich vooral bezig met de nauwe wisselwerking tussen politiek en economie. De mensheid blijft worstelen met het feit dat misbruik van politieke macht zich kan voeden met de uitdrukking van hebzucht in een wederzijds versterkende kringloop. We zouden kunnen zeggen dat de politiek 'gevangen' is door de economie, waarbij de materiële rijkdom van een natie wordt gezien als een indicatie van haar welvaart. Maar is dit echt het geval? Er zijn een aantal alternatieve voorstellen gedaan voor manieren om het welzijn of geluk van een natie te meten, waaronder de Human Development Index (bit.ly/humdev-index), the Global National Well-Being Index (bit.ly/globnat-index), en de Good Country Index (goodcountry.org).

Wat deze maatregelen vaak onderscheidt van 'objectieve' maatstaven zoals het bruto binnenlands product is dat ze meestal een of meer 'subjectieve' dimensies bevatten, die verschillende kwaliteiten van bewustzijn willen benadrukken. En gewoon door onze aandacht te richten op het grootste belang van zulke uitgebreide en onmetelijke principes als 'geluk' of 'het algemeen belang', helpen ze het denken te verlossen van een obsessie met het terugbrengen van alles tot cijfers. Zoals alle socio-economische maatregelen zullen ze nooit meer dan schattingen zijn, maar ze helpen ons om te beginnen met het denken in een betere richting, en om de prioriteiten van de status-quo in twijfel te trekken.

Een andere recente poging om zich te concentreren op de brede principes van het creëren van een betere samenleving is de Wellbeing Economy Alliance, WEAll, (wellbeingeconomy.org), dat een "wereldwijde samenwerking van organisaties, allianties, bewegingen en individuen is om samen te werken om het economische systeem te transformeren in een die menselijk en ecologisch welzijn oplevert." Ze merken op dat de "transformatie een totaal andere manier van zijn binnen de menselijke samenleving vergt: een verschuiving van 'ons vs. hen' naar 'WIJ ALLEN'." Deze nadruk op sociale cohesie en gemeenschapszin is in deze tijd bijzonder belangrijk, waar er een algemene erkenning is dat de huidige politiek en economie niet goed omgaan met de pandemie, zoals het gezegde of de slogan "Build Back Better" impliciet erkent. Een initiatief van WEAll is het Wellbeing Economy Governments partnership, WEGo, een samenwerking tussen nationale en regionale overheden die momenteel Schotland, Nieuw-Zeeland, IJsland en Wales omvat. WEGo-leden verbinden zich tot:

  • Samenwerken in het streven naar innovatieve beleidsbenaderingen om welzijnseconomieën te creëren - delen wat werkt en wat niet werkt, om de beleidsvorming voor verandering te informeren;
  • Vooruitgang in de richting van de duurzame ontwikkelingsdoelstellingen van de VN, in overeenstemming met doelstelling 17, de bevordering van partnerschap en samenwerking om benaderingen voor het welzijn te identificeren;
  • De dringende economische, sociale en ecologische uitdagingen van onze tijd aanpakken.

De problemen waarmee de mensheid nu wordt geconfronteerd en die in de komende decennia zullen blijven, zullen initiatieven zoals WEAll nodig hebben die de essentiële rol van samenwerking over de grenzen en de ideologieën erkennen, en de noodzaak om ideeën en methoden uit te wisselen. Het realiseren van de onderliggende eenheid van de ziel in alle wezens, in de context van een grote verscheidenheid aan fysieke uitdagingen, is een proces waar we allemaal aan kunnen bijdragen, waar we ons ook bevinden. Of het nu gaat om zich te verbinden aan initiatieven van het maatschappelijk middenveld, of gewoon delen met vrienden, familie en buren, we kunnen allemaal een positief verschil maken in het verschuiven van de loop van de evolutie. De Studiescursus Problemen van de Mensheid is er om dit proces te helpen. 

WERELD EENHEID

Misschien is het hoogste ideaal van de mensheid er een van de Wereldeenheid, waar alle mensen, ongeacht nationaliteit, ras, religie en ideologie, niet verenigd zijn door hun gelijkheid, maar door hun toewijding aan een cultuur van goede wil die geen grenzen kent en die de diversiteit van de mensheid doordringt. Het zaad van dit idealisme kan 2000 jaar worden teruggevoerd tot het begin van het Vissentijdperk, toen Christus het spirituele potentieel van de mens toonde om "de hemelen en de aarde te overbruggen" en liefde en goede wil naar iedereen uit te drukken. De grondtoon van de christelijke evangelieboodschap "God is Liefde" reikt vandaag verder dan de grenzen van de religieuze leer en tracht alle aspecten van de menselijke samenleving en het leven transformeren.

Hoewel de mensheid vandaag de dag op de drempel van een toekomst lijkt te staan waarin het ideaal van de Wereld Eenheid binnen ons bereik is, komen de hinderpalen voor dit ideaal dat binnen de psyche bestaat ook te voorschijn. Verlangend naar de toekomst, maar gebonden aan het verleden, kan het gemakkelijk lijken alsof we in een conflict vast zitten. Toch is dit conflict het onvermijdelijke resultaat van de groeiende aspiratie van de mensheid naar meer licht, liefde en eenheid en als zodanig is het een teken van vooruitgang.

De huidige wereldspanning zal worden opgelost wanneer de mensheid het oude leert op te geven en het nieuwe te omarmen. De ideologieën van het verleden verheerlijken individualisme ten koste van eenheid, vergroten de afgescheidenheid, en verhinderen het verschijnen van een cultuur van goede wil op aarde. Het toekomstige idealisme erkent de verantwoordelijkheid van het individu voor het geheel, is gebaseerd op goede wil, en zal daarom resulteren in Wereldeenheid als het eenmaal verankerd is in het menselijk denken en bewustzijn.

Dit idealisme wordt treffend omschreven als spiritueel, niet vanwege de verhouding tot religieuze gedachten, maar omdat het Geest koppelt aan zijn uitdrukking – "van mens tot mens en van mens tot God." Het brengt alle delen in relatie tot elkaar, en dus in een verenigd geheel. Het elimineert alles wat afgescheidenheid bestendigt en cultiveert alles wat de juiste verhouding aanmoedigt. Het streeft naar de volledige uitdrukking van het menselijk bewustzijn – het volledige licht, de liefde en de kracht van een verenigde mensheid die in haar eenheid een voertuig wordt voor het op de planeet tot uitdrukking komen van unieke energiën.

Het misbruik van de kracht van het denken is grotendeels verantwoordelijk voor de bestendiging van verdeeldheid. Het gezegde "energie volgt op gedachte" wordt aangetoond door het effect dat het opkomen en verdwijnen van ideologieën heeft op de menselijke beschaving. De leiders, die verantwoordelijk zijn voor het steunen van ideologieën, gebruiken de kracht van het woord om het massadenken te sturen, hetzij ten goede, hetzij ten kwade. Wanneer de mensheid in termen denkt van "ik tegen de andere," wordt er een cultuur van verdeeldheid gecreëerd. Als de mensheid leert denken in termen van collectiviteit, goede wil, en de onderliggende eenheid van de schepping, dan wordt de menselijke cultuur eveneens gevormd.

Met het juiste denken beginnen de materiële hindernissen voor eenheid, schijnbaar zo onoverkomelijk, te mislukken. De ideeën die ooit deze vormen vitaliseerden zijn niet meer aanwezig en zo wordt de materiële structuur van het oude gedevitaliseerd en afgebrokkeld. Dit fenomeen werd aangetoond in de val van de Berlijnse muur die de afbraak van de ideologische verdeeldheid die symbool stond voor het uiteenvallen van de ideologische verdeeldheid die sinds het einde van de wereldoorlog in de wereld was doorgedrongen.

Het vermogen om te denken om verandering te creëren kan niet geheel los van de materiële werkelijkheid worden begrepen. De wereld van het denken staat niet in het luchtledige en is verbonden met zowel de materiële als geestelijke werelden. Deze relatie tussen denken en vorm wordt geïllustreerd in de natiestaat die zowel idee als instelling is. De natiestaat is gedefinieerd als een "ingebeelde gemeenschap"(1): met andere woorden, wat een natie maakt is het feit dat een bevolking zichzelf als één ziet. Dit krachtige groepsdenken bepaalt de kracht en kwaliteit van het bestaan van een natie. Het esoterische denken ziet deze groepsgedachtevorm ook als het voertuig voor de manifestatie van bepaalde vermogens, dat wil zeggen de ziel van de natie. Toch heeft ook de materiële vorm van de natiestaat, de bestuursinstellingen, een grote invloed op de wereldwijde onderlinge verhouding. Goed bestuur vergemakkelijkt de orde, handhaaft wetten, biedt veiligheid, regelt de uitwisseling van goederen, beschermt vrijheden, beveiligt basismiddelen, beschermt de mensenrechten en verschaft recht. Slecht bestuur leidt tot mislukte staten, anarchie, chaos en geweld.

Vandaag de dag zijn instellingen van zowel binnenlands als internationaal bestuur verre van perfect, maar bieden ze een meer dan adequate basis om een samenwerkende en geïntegreerde wereld op te bouwen. Het probleem is dan niet een van de institutionele capaciteit, maar van de internationale verhoudingen. Spreken van de juiste internationale verhoudingen is spreken van de prioriteiten van de regeringen om afgestemd te zijn op waarden van goede wil en liefde van het geheel – dezelfde waarden die het individuele mensen in staat stelt tot de juiste verhouding met anderen, hun natie en de wereld. Er zijn echter verschillende obstakels die het vertalen van deze kwaliteiten naar het nationale niveau in de weg staan - en die komen het meest tot uitdrukking in het nationale belang van het land.

Het nationale belang is het basisprincipe van het buitenlands beleid van een land en heeft over het algemeen drie componenten: veiligheid, welvaart en waarden. Het internationale systeem, zonder supranationale politiemacht, is een systeem waarin staten op verschillende manieren voor hun eigen veiligheid moeten zorgen. Vandaag de dag wordt een permanent leger door de meeste landen nog steeds beschouwd als een noodzakelijk onderdeel van een verantwoordelijke regering.

Het veiligheidsprobleem moet worden opgevat als een subjectief probleem - we vragen ons te zelden af, hoeveel veiligheid is genoeg? Wanneer de waargenomen bedreigingen overdreven zijn, voeden ze de angst en creëren een cultuur die gekenmerkt wordt door vijandige verhoudingen. Dit belemmert de oprichting van een internationale cultuur die zou helpen bij het creëren van de veiligheid die nodig is voor echte Wereldeenheid.

Welvaart is duidelijk een belangrijk doel voor de staat en haar mensen, maar hoeft niet ten koste van anderen te gaan, hoewel dit vaak het geval is. Critici van ons huidige economische systeem beweren dat het concurrentie stimuleert en hebzucht beloont. Voorstanders beweren dat het systeem gezond is en hebzucht is een menselijk in plaats van een systemisch probleem. Anderen geloven dat er een zekere mate van circulaire causaliteit bestaat, met de menselijke hebzucht die de systemische hebzucht bestendigt en vice versa.

Het dominante economische systeem van vandaag, in grote lijnen gedefinieerd als neoliberaal kapitalisme, is erin geslaagd om de rijkdom en welvaart die in de wereld bestaat te vergroten en heeft miljoenen mensen uit de armoede en in een waardig leven getild. In een wereld bevolkt door actoren van goede wil, zou dit systeem de rijkdom van de wereld verdeeld zien over de hele mensheid, en het volledig elimineren van armoede, honger en dakloosheid. Delen is uiteindelijk vanzelfsprekend als je genoeg hebt om aan je basisbehoeften te voldoen. In plaats daarvan hebben egocentrisme en machtswellust geleid tot het vergaren van rijkdom, waardoor het een instrument van egoïsme en zelfs slavernij is geworden.

Het definiëren van het nationale belang in termen van de waarden die de natie omarmt biedt de ziel van die natie de mogelijkheidom zich uit te drukken door middel van haar verhoudingen met anderen. In de mate dat de waarden van een natie de kwaliteiten van de ziel weerspiegelen – liefde, wijsheid, rede en opoffering – is de natie in staat om een bemiddelaar en een vereniger te worden en zichzelf en anderen in relaties te brengen die gekenmerkt worden door goede wil.

Het is duidelijk dat de Eenheid van de Wereld de gedachte, actie en wil van de mensheid vereist om op de juiste manier op dit doel te worden gerich. Dit betekent het elimineren van de belemmeringen van het verleden en het bouwen van vormen waardoor idealen van de toekomst kunnen worden uitgedrukt. Het belangrijkste is dat het het opbouwen van verhoudingen vereist; het is door een verenigde benadering dat het ideaal van Wereldeenheid kan worden uitgewerkt binnen de onvolkomenheden van de gemanifesteerde wereld. 

(1) Benedict Arnold. Imagined Communities: Reflections on the Origin and Spread of Nationalism.

 

...bij de behandeling van deze problemen moeten wij er naar streven om op de verkeerde toestanden te wijzen, die de mensheid tot haar huidige toestand van een bijna onoverko-melijke ramp hebben gevoerd.  

Het is van essentieel belang, dat deze dingen met het oog op het geestelijk welzijn van de mensheid naar voren worden gebracht en dat men een juiste vertolking vindt voor het woord “geestelijk”. De tijd is al lang voorbij dat er een scheidslijn kan worden getrokken tussen de godsdienstige wereld en de politieke of de economische wereld. De reden voor de corrupte politiek en de hebzuchtige en eerzuchtige plannen van zovelen onder de leidende mensen in de wereld is te vinden in het feit dat geestelijk ingestelde mannen en vrouwen het leiderschap van het volk – als hun geestelijke plicht en verantwoordelijkheid – niet op zich hebben genomen. Zij hebben de macht in verkeerde handen gelaten en toegestaan, dat de zelfzuchtigen en de minder gewensten de leiding namen.

           (Problemen der Mensheid pp.168-9)

 

TECHNOLOGIE EN ARMOEDEBESTRIJDING

Een van de problemen waarmee de mensheid wordt geconfronteerd, is de kloof tussen de rijken en de armen, een kloof die steeds onaanvaardbaarder wordt, niet alleen voor hen uit de ontwikkelingslanden die een steeds groter streven naar een betere levensstandaard delen, maar ook degenen in de ontwikkelde wereld die de onrechtvaardige aard van de verdeling van de hulpbronnen erkennen. 

De armen hebben in economisch ontwikkelde en "zich ontwikkelende" samenlevingen geen gelijke rechten op economische hulpmiddelen, en het is hun gebrek aan een toegang tot de basisdiensten, hun gebrek aan eigendom en controle over land of andere vormen van eigendom, hun gebrek aan onderwijs en middelen om nieuwe technologie en financiële diensten toe te passen, die hen in armoede houden. Het kan soms lijken alsof de enige hulpbron die ze kunnen bieden arbeid is, en als gevolg van een gebrek aan vaardigheid, onderwijs en vaak fysieke veerkracht hebben ze in de markt weinig macht, en worden daarom vaak uitgebuit of genegeerd.

Punt één van de VN-DOD (Duurzame Ontwikkelings Doelstellingen) is om 'overal een einde te maken aan armoede in al zijn vormen' met als doel extreme armoede tegen 2030 uit te roeien. Extreme armoede wordt momenteel gedefinieerd als mensen die leven van minder dan $ 1,25 per dag. Het is een uitdagend doel, want armoede werkt zichzelf in de hand en kan een neerwaartse spiraal veroorzaken. En zelfs het hebben van een baan is geen garantie voor een fatsoenlijk leven en een leven zonder armoede. In 2018 werd 8 procent van de werknemers en hun gezinnen wereldwijd geregistreerd als levend in extreme armoede.

Extreme armoede heeft vele dimensies, maar de belangrijkste oorzaken zijn werkloosheid, sociale uitsluiting en een hoge kwetsbaarheid van bepaalde bevolkingsgroepen voor rampen, ziekten en andere verschijnselen die de productiviteit belemmeren. Het is een probleem dat de mensheid moet oplossen, en het is niet beperkt tot extreme armoede, want hoewel de totale rijkdom en levensstandaard voor een minderheid van de mensen in alle landen toenemen, leidt dit tot een groeiende ongelijkheid die de sociale cohesie ondermijnt, politieke en sociale spanningen verhoogt en in sommige omstandigheden instabiliteit en conflicten doet toenemen.

Het bevorderen van technologie is een gebied waarop aanzienlijke successen zijn geboekt bij het bestrijden van armoede. Technologische vooruitgang wordt vaak geassocieerd met een toename van werkloosheid, met name onder ongeschoolden en laagbetaalden, wat de onderhandelingspositie van de arbeiders verzwakt en dus een toename zou kunnen betekenen van de armoede. Maar technologieën zoals mobiele verbondenheid en AI, beide geassocieerd met rijkere landen, worden nu het meest succesvol gebruikt om de armsten ter wereld te helpen. In Kenia bijvoorbeeld is al meer dan een decennium een revolutionaire mobiele gelddienst genaamd M-Pesa actief. In een enquête onlangs gepubliceerd door de Keniaanse centrale bank, hebben meer dan 80 procent van de Kenianen nu toegang tot financiële diensten – met inbegrip van die aangeboden door banken, microfinanciering aanbieders en mobiele geldschieters.

Toegang hebben tot een bankrekening tilt natuurlijk niemand uit de armoede. Wanneer financiële problemen ontstaan, wenden meer dan 60 procent van de Kenianen zich nog steeds tot informele leningen van vrienden, families en geldhaaien, en meer dan tweederde van de Kenianen zeggen dat ze nog steeds niet in staat zijn om hun dagelijkse uitgaven te voldoen in elke inkomenscyclus. Net als veel Afrikaanse landen is Kenia sterk afhankelijk van de landbouwsector en zijn landbouw en wereldwijde armoede nauw met elkaar verbonden. Volgens de Wereldbank verdient 65 procent van de arme werkende volwassenen hun brood in de landbouw, en investeren in de landbouwsector is tot vier keer effectiever in het terugdringen van armoede dan andere economische sectoren. De ontwikkeling van de landbouw is duidelijk een krachtig instrument om armoede terug te dringen en hier wordt opnieuw vooruitgang geboekt door het gebruik van technologie.

Keniaanse technologieondernemers richten hun aandacht op deze belangrijke sector, en Agrikore, een digitaal betalingssysteem dat gebruik maakt van de al gevestigde mobiele gelddienst, is een veelbelovende manier van verandering. Het is een systeem, dat al in Nigeria actief is, dat kleine boeren op het platteland verbindt met grote commerciële klanten. Kleine boeren staan voor drie grote uitdagingen: lage productiviteit, slechte toegang tot kopers en ondoorzichtige prijzen. Het doel is om door het creëren van een gedetailleerde catalogus van wat elke boer kweekt, in welk seizoen, en met welk volume, deze uitdagingen te overwinnen. Wanneer de commerciële kopers van Agrikore grote bestellingen op het platform plaatsen, verdeelt het algoritme het verzoek op basis van capaciteit en nabijheid en stuurt het tekstberichten naar individuele boeren die op een bepaalde dag een volume van een bepaald product tegen een bepaalde prijs kunnen leveren. Zodra de landbouwer het aanbod accepteert, activeert het systeem een reeks andere activiteiten, waarbij de boer wordt gekoppeld aan geregistreerde vervoerders en kwaliteitsinspecteurs die allemaal hun activiteiten via het platform registreren en digitale worden betaald.

AI en robotica worden ook gebruikt in de strijd tegen armoede. Het is het vermogen van AI om data-mining te gebruiken die op de meest effectieve manier wordt gebruikt om de meest behoeftige regio's aan te wijzen, zodat investeringen op de juiste manier kunnen worden gericht. Het is ook een doeltreffend instrument om de toegang tot informatie over de opbrengst van gewassen te vergroten. In de VS hebben selectieve gewasveredelingsprogramma’s er bijvoorbeeld voor gezorgd dat waardevolle voedingsmiddelen zoals maïs en tarwe geoptimaliseerd zijn om in specifieke gebieden te groeien. Door AI te gebruiken om de plantengroei te begrijpen, inclusief de kleinste details van hoe genetica en milieu de kenmerken en opbrengst van planten beïnvloeden, zijn wetenschappers in staat om de gegevens van verborgen patronen te analyseren. Door gebruik te maken van deze informatie in de ontwikkelingslanden kan de landbouwopbrengst van vezelgewassen, met name sorghum, worden verbeterd. In landen als India, Nigeria en Ethiopië is deze droogte- en warmtetolerante plant een waardevol graangewas dat een enorm genetisch potentieel heeft dankzij de meer dan 40.000 variëteiten. Dergelijke initiatieven kunnen arme boeren de informatie geven die ze nodig hebben om het sorghum met de best mogelijke voedingswaarde voor hun milieu te telen –  met de hoogst mogelijke opbrengst.

Informatie en het de mogelijkheid om er toegang toe te krijgen is een belangrijke sleutel tot het uitbannen van armoede. Wanneer mensen een verbinding met het internet hebben, krijgen ze toegang tot waardevolle informatie die helpt om beslissingen te sturen. Het internet kan informeren en helpen bij de communicatie en de verbinding. Het internet kan de communicatie en de verbinding bevorderen. Het is in staat om te plannen voor het weer, informatie te vinden over geschikte gewassen en opbrengsten en de prijzen van goederen op de markt te bekijken, wat zo belangrijk is voor de boeren. Mobiele verbinding en internetbankieren kunnen gezinnen in staat stellen om geld te ontvangen van familieleden in het buitenland, en microkrediet transacties kunnen mensen een digitale en financiële identiteit geven die hen in de lokale economie introduceert. Wanneer vrouwen toegang hebben tot dezelfde informatie als mannen, biedt het hen de macht om hun leven te veranderen.

Elizabeth Mason, oprichster van het Stanford Poverty & Technology Lab, zegt dat technologie in het algemeen, "ons in een betere positie brengt om problemen op te lossen die we nog nooit hebben kunnen oplossen". Het is de toegang tot informatie die de technologie biedt wat het grote verschil maakt in verband met de armoede. Het biedt de arbeider ook toegang tot het kapitaal, dat in het verleden het domein van de rijken was. Het opent dus de deur naar een wereld die voorheen voor de armen ontoegankelijk was. Het is duidelijk dat door actief technologie te gebruiken om de specifieke problemen waarmee de armen worden geconfronteerd te overwinnen dat armoede kan worden geëlimineerd. Zoals Mason zegt: "Als we de juiste middelen kunnen gebruiken en de juiste programma's kunnen ontwikkelen, kijken we naar een andere wereld."(1)

(1) nbcnews.to/2QcblNT

Economen zouden kunnen opperen dat arbeid voornamelijk wordt verricht om ‘waarde’ toe te voegen, wat gewoonlijk gemeten wordt met geld. Als we terzijde laten of er een eenvoudige manier is om ’waarde’ om te zetten in geld, is het misschien gepast om te overwegen hoeveel van de gezamenlijke menselijke arbeid de hulpmiddelen transformeert van de ruwe materialen tot consumptiegoederen en diensten en of dit werkelijk ‘waardevol’ is, d.w.z., hoeveel er ligt in de dienst van de waarden die de menselijke geest oprecht verrijkt. Hoeveel van wat we gewoonlijk produceren drukt goede wil, schoonheid, gemeenschap, vrijheid, delen, vertrouwen, mededogen of wijsheid uit of maakt deze mogelijk, en hoe kunnen we naar een maatschappij evolueren waarin arbeid deze waarden promoot? Visionaire denkers zoals Handy, Robertson en Eisenstein hebben de weg gewezen naar zo’n positieve toekomst – het ligt aan alle mensen van goede wil om de kloof te overbruggen tussen de visie en de werkelijkheid, en arbeid waardig te maken met haar precieze rol in het bijdragen aan de sociale en spirituele evolutie van de mensheid en de planeet.

(Uit De waardigheid van arbeid [Goede wil in Wereldaangelegenheden 2019 #2] )

 

MINDERHEDEN EN MONOPOLIES VAN DE MACHT

In thet boek, Problemen der Mensheid, is de titel van het hoofdstuk “Het probleem van de rassenminderheden” relevant voor deze discussie. Het staat buiten kijf dat dit een zeer belangrijke kwestie in het menselijk leven blijft. Maar sinds de publicatie van het boek in het midden van de vorige eeuw is het begrip van de mensheid in het concept 'minderheid' subtieler en diverser geworden. We erkennen en hebben nu termen voor velerlei groepen die een gedeelde identiteit claimen, of het nu gaat om genetica, cultuur, geslacht, geschiedenis, seksuele geaardheid of andere factoren. Vanuit één oogpunt zou men inderdaad kunnen stellen dat vrouwen een "minderheid" vormen – uiteraard niet in numerieke termen, maar in termen van gelijke toegang tot kansen. De socioloog Michèle Lamont verwijst, in plaats van te spreken over minderheden, naar "gestigmatiseerde groepen", en merkt op dat dergelijke groepen de neiging hebben om benadeeld te worden in termen van toegang tot beroepen, onderwijs, rijkdom, waarde en cultureel lidmaatschap. 

Een subtiel probleem bij het definiëren van minderheden is dat elites van alle soorten zich kunnen voordoen als strijdende minderheden, omdat ze in feite vaak numeriek kleiner zijn dan de meeste andere groepen in hun samenleving; toch behouden ze het overweldigende deel van de rijkdom en van de politieke en culturele macht. De politieke kwestie van "de minderheden" is dus echt een kwestie van gelijkheid – manieren vinden om de beweringen van verschillende groepen eerlijk in evenwicht te brengen, zonder dat één groep wordt bevoorrecht, louter vanwege een relatief willekeurig kenmerk, zoals huidskleur of geslacht of religie. En de psychologische kwestie hangt daarmee samen om ervoor te zorgen dat het lidmaatschap van een individu binnen een bepaalde groep hen niet kenmerkt als iemand die minder beloning of aandacht waard is.

Het probleem van de minderheden gaat dus echt over wie in een bepaalde maatschappij of situatie de meerderheid van de macht controleert. In democratische landen, in een politieke context, kan dit een numerieke meerderheid van de bevolking zijn, hoewel de macht eigenlijk door een zeer klein aantal mensen zal worden uitgeoefend: gewoonlijk politici, samen met hen die grote bedrijven controleren en een klein aantal andere mensen, zoals media-eigenaars en goed gefinancierde lobbyisten. Een deel van de echte moeilijkheid van deze kwestie is hoe zichtbaar, transparant en verantwoordelijk al degenen aan wie macht is toevertrouwd, werkelijk zijn. De recente politieke gebeurtenissen in een aantal landen hebben geleid tot de perceptie dat er juist op dit gebied een crisis is: met andere woorden, dat de mechanismen die geacht worden de representatieve democratie echt representatief te maken voor de wil van de hele bevolking, niet werken zoals het hoort. Wanneer dit gebeurt, kan de "wil van de meerderheid" worden misbruikt om de schending van de rechten van velerlei minderheden te rechtvaardigen, of deze nu raciale, nationale, generatie- of ideologische minderheden zijn.

Het aanpakken van zo'n ingewikkeld probleem over het machtsevenwicht in de samenleving is een subtiele psychologische kwestie die vraagt om een significante evolutie in het menselijk bewustzijn. Het is zeker waar dat de meeste mensen in de verleiding komen om te proberen macht te vergaren. Dit kan op natuurlijke wijze beginnen tijdens het opgroeien, waarbij de individuele wil wordt uitgeoefend om onafhankelijk te worden van de controle van ouders of voogden; maar als dit begrijpelijke verlangen naar macht over ons eigen lot overgaat in de drang om anderen te domineren, dan ontstaat er gevaar. En als het dan wordt gecombineerd met het achterhaalde Vissentijdperk idee van vaste, bijna onveranderlijke hiërarchieën van autoriteit, kan dit de wens voortbrengen om steeds grotere groepen te domineren.

Vergelijk dit met de vloeibare, organische evolutie van de Waterman-structuren van verantwoordelijkheid – waar vitaliteit en macht naar die plaatsen stroomt waar en wanneer deze het meest nodig zijn voor het welzijn van het geheel, en ongebonden blijven om op elk gewenst moment opnieuw te worden gericht. De opkomst van digitale technologie heeft ons de kracht gegeven van alomtegenwoordige communicatie, die, als deze verstandig worden gebruikt, dergelijke organische, gedecentraliseerde machtsdeling mogelijk kan maken. Het kan elke minderheidsidentiteit tot een dynamische focus van cultureel potentieel maken en alles wat in wezen goed en heel makend in elke identiteit is, onthullen en versterken. Overweeg als voorbeelden deze drie groepen: Cultural Survival (culturalsurvival.org), die "een beweging ondersteunt van mondige inheemse volkeren die hun gemeenschappen organiseren om de internationale processen, nationaal beleid en mensenrechtenorganisaties te betrekken bij de eerbiediging, bescherming en vervulling van hun rechten"; Survival International (survivalinternational.org), wiens visie is "een wereld waar stammen worden gerespecteerd als hedendaagse samenlevingen en hun mensenrechten beschermd"; en Minority Rights Group International (minorityrights.org),

wiens werk "een overweldigend bewijs biedt dat de integratie van minderheidsgemeenschappen leidt tot sterkere, meer samenhangende samenlevingen."

Helaas kan de kracht van digitale communicatie ook worden misbruikt; en een van de voortdurende uitdagingen van de mensheid is de manier waarop verschil opzettelijk kan worden omgezet in verdeeldheid, en dan nog verder ontstoken in een onredelijke haat. Digitale communicatie kan dit probleem verergeren, net zoals ze een kracht kan zijn om begrip, dialoog en de inspanning om het grotere geheel te zien, te bevorderen. De inspanning om de beschaving te verheffen vraagt van alle groepen (minderheden en meerderheden) dat ze het moeilijke vermogen ontwikkelen om boven de rondslingerende modder van de emoties en lager denkvermogen uit te stijgen, om een verlicht beeld van een hogere en betere wereld te presenteren.

De sleutel tot dit proces is de Nieuwe Groep van Werelddienaren,* wiens werk wereldwijd gevierd werd tijdens de Feestweek (21-28 december) in 2019. Deze groep bestaat uit allen die wereldwijd werken om een gevoel van wederzijdse onderlinge verhouding te voeden, en die geen raciale, nationale of religieuze belemmeringen zien. Werkend op elk gebied van het menselijk leven, van wetenschap via onderwijs en cultuur tot politiek en religie, wijden ze zowel geest als hart toe aan het bouwen van een nieuwe wereldwijde verbeelding. En binnen deze allesomvattende beweging zijn er meer gespecialiseerde brandpunten, door Alice Bailey aangeduid als zaadgroepen.** Vooral relevant voor het probleem van de minderheden zijn de politieke organisatoren (die zelf misschien niet tot politici worden gekozen, maar die in een bepaalde hoedanigheid op dit gebied werken); de getrainde waarnemers, die kunnen helpen om de complexiteit te verduidelijken, en de waanideeën doorboren die zo'n verhit domein van debat omringen; de wetenschappelijke dienaren, die kunnen helpen bij het begrijpen van de ware aard van de genetica en de verhouding ervan tot de menselijke verschillen; en de Psychologen, die inzicht kunnen geven in conflictoplossing en de subtiele verschillen in bewustzijn tussen verschillende minderheidsgroepen, waardoor communicatie en wederzijds begrip worden ondersteund. Uiteindelijk moet ook hier onderwijs een rol spelen en religieuze werkers zijn natuurlijk betrokken bij kwesties met betrekking tot religieuze minderheden.

Binnen het VN-systeem zijn twee van de organen die zich het meest met dergelijke werkzaamheden zouden bezighouden, de Mensenrechten van de VN, die een duidelijk mandaat hebben om de gelijke rechten van alle minderheden te beschermen, en ook de UNESCO, die de wetenschappelijke, filosofische en culturele argumenten voor het geloof in de eenheid en gelijkheid richt die ten grondslag ligt aan alle uiteenlopende uitingen van het menselijk leven. En buiten de VN richt een breed scala aan maatschappelijke organisaties zich op een of ander aspect van deze veelzijdige kwestie.

De rol die wij als mensen van goede wil kunnen spelen, zou enige verbinding met dergelijke groepen kunnen inhouden; en verder kunnen we allemaal bijdragen aan de verlichting van het menselijk denken over deze kwestie door onze meditatieve overweging van wat we begrijpen als het probleem van de Minderheden. 

* Een boekje over de Nieuwe Groep van Werelddienaren is verkrijgbaar en te downloaden op: bit.ly/ngwsbooklet
** Een boekje over de tien zaadgroepen is verkrijgbaar en te downloaden op: bit.ly/tenseedgroups

Ten eerste is er de geest van nationalisme, met zijn soevereiniteitsbesef en zijn zelfzuchtige verlangens en aspiraties. Deze zet in zijn slechtste aspect de ene natie tegen de andere op, kweekt een gevoel van nationale superioriteit en leidt ertoe, dat de burgers van een natie zichzelf en hun instellingen als superieur aan die van een andere natie gaan beschouwen. Deze geest bevordert rassentrots, trots op de geschiedenis, op bezittingen en op culturele vooruitgang; hij kweekt arrogantie, bluf en minachting van andere beschavingen en culturen, wat slecht en degenererend is. …

Onnodig te zeggen, dat er eveneens een op idealisme gebaseerd nationalisme bestaat. Dit nationalisme wordt echter slechts door enkele verlichte geesten in ieder land voorgestaan. Het is nog een droom, een verwachting en naar wij hopen een bepaald streven. Zijn doelstelling bestaat hieruit, dat het tracht de eigen levenswijze te verbeteren en te vervolmaken, opdat de gehele wereld hiervan profijt zal kunnen trekken. Het vertegenwoordigt een levend, vitaal en geestelijk organisme en geen zelfzuchtige, materialistische organisatie.

Ten tweede is er het vraagstuk van de rassenminderheden. Zij vormen een vraagstuk als gevolg van hun verhouding tot de naties waarvan zij deel uitmaken, of te midden waarvan zij zich bevinden. In grote trekken gaat het om het vraagstuk van de verhouding tussen de zwakken en de sterken, tussen de weinigen en de velen, tussen de onontwikkelden en de ontwikkelden, of tussen één godsdienstig geloof en een ander, krachtiger en overheersend geloof. Het vertegenwoordigt thans in ieder deel van de wereld een zeer groot en hachelijk probleem.

           (Problemen der Mensheid pp.88-9, aangepast)

Image Credits

Banner: PHOTOCREO Michal Bednarek, Shutterstock (shutterstock.com); 
Peace Direct (peacedirect.org), © Ted Giffords; 
Trey Ratcliff – (stuckincustoms.smugmug.com)
©ILO M Crozet
Shutterstock, ValeStock, (shutterstock.com)
 

Houd contact

Wereld Goede Wil in Sociale Media